Actieve hondenrassen voor actieve baasjes

Heb je een actieve levensstijl en ben je op zoek naar een hond die qua ras daar het beste bij past?

Als het gaat om het maken van lange runs of lange wandelingen met je hond is het belangrijk om je te verdiepen in de eigenschappen van het ras. Wat zit er in hun genen en waarop zijn ze oorspronkelijk gefokt. En welke fysieke kenmerken hebben ze daarom meegekregen. Daarnaast is natuurlijk de persoonlijkheid van de hond belangrijk om te bekijken of deze bij jou en jouw leefstijl past.  Er zijn hondenrassen die zijn gefokt om urenlang in de buitenlucht bezig te zijn. Dat zijn de rassen die in principe uitstekend geschikt zijn voor de actieve trailrunner en wandelaar. Maar ook de ‘vuilnisbakkies’ en ‘mixjes’ lenen zich uitstekend voor een actieve leefstijl. Uit de diverse lijstjes die te vinden zijn op internet heb ik op alfabetische volgorde de bekendste op een rijtje gezet voor mensen die op zoek zijn naar een actieve metgezel:

 

  1. Alaskan Malamute
    De Alaskan Malamute is een grote waakse werkhond die is gefokt om karren en sleeën over lange afstanden te trekken in ruw terrein. Het zijn speelse, vriendelijke, vreugdevolle en aanhankelijke honden met een dikke vacht die graag buiten zijn, vooral bij koud weer. Het zijn deskundige klimmers en gravers die moeilijk achter een hek te houden zijn als ze te weinig lichaamsbeweging krijgen of uitdagende opdrachten moeten uitvoeren. Dit vocale ras is gefokt op uithoudingsvermogen in plaats van snelheid, en dat maakt ze vooral geschikt voor lange wandelingen. Meest geschikt voor; lange afstanden bij koudere weersomstandigheden
  2. Australian Cattle Dog
    De Australian Cattle Dog is een atletisch, gedrongen werkhond met krachtige goed gespierde voor- en achterhand. Aan de wieg van dit intelligente energieke ras die ingezet werd in Australië bij het naar de markt drijven van vee hebben de volgende rassen gestaan: Bull Terriër, Dalmatiër, Kelpie, Red Deer Dingo en de blue merle Colle. Het resultaat is een echte werkhond, onbevreesd, vastberaden trouw en zeer alert. Ze hebben een instinctieve neiging tot het beschermen van de baas en zijn eigendommen en zijn wantrouwend tegenover vreemden. Ze zijn perfecte hardlooppartners en passen perfect in een thuis met voldoende fysieke uitdagingen. Meest geschikt voor lange run op de trails
  3. Australian Shepherd
    De Australian Shepherd is een in de Verenigde Staten ontwikkelde veelzijdige herdershond voor op de farms en uitgestrekte ranches. De Aussie is een vriendelijke hond, wat terughoudend naar vreemden, met een groot uithoudingsvermogen en een sterk hoed- en drijfinstinct. De Australian Shepherd is een gedreven werkhond (een echte workaholic) en kan erg vervelend worden als iets te eentonig is of als ze niets te doen hebben. Ze hebben ook onderweg een uitdaging nodig waarbij ze worden aangesproken op hun intelligentie. Meest geschikt voor: rennen op de trails met veel afwisseling en obstakels
  4. Dalmatier
    De Dalmatiër is een sterk, actief en atletisch ras met een groot uithoudingsvermogen. Dalmatiërs werden gefokt om urenlang langs de as van een door paarden getrokken koets te kunnen rennen en hun te beschermen tegen andere honden en bedreigingen. Dalmatiërs zijn mensgericht, gevoelig en houden van bewegen. Deze honden hebben de neiging om op de stoep te beuken, dus het is het beste om voor lange afstanden op zachte paden te blijven. Door hun gevoelige huid en korte haar kunnen ze extreme weersomstandigheden niet goed aan.  Meest geschikt voor: langere runs op de trails in niet al te extreme weersomstandigheden
  5. Duitse Korthaar Pointer
    De Duitse Kortharige Pointer is een multifunctionele jachthond die uitstekend fungeert als gezinsgenoot in een actief gezin. Het ras zeer energiek, intelligent en zijn waakzame beschermende karakter maakt hem tot een uitstekende waakhond. Het zijn echte duursporters die genieten van lange uren van inspannende activiteit in verschillende klimaten, waardoor ze geschikt zijn voor lange wandelingen en avonturen. Ze zijn sociaal en bereid om te behagen, willen graag met hun baasjes samenwerken en nieuwe vrienden maken. Dankzij hun magere bouw en gespierde achterhand is dit ras geweldig voor lange runs (meer dan tien mijl) en zelfs om fietsers bij te houden.  Meest geschikt voor: lange runs; snel gaan; hardlopen op de trails
  6. Parson Russel Terriër
    De Parson Russel Terriër, iets groter dan de Jack Russel Terriër, is een kleinere pittige intelligente jachthond die werd gefokt om met paarden mee te kunnen lopen tijdens de vossenjacht. Dit ras die houdt van spelen en is meestal erg gretig en actief. Het zijn jagers, dus zorg ervoor dat je wat tijd besteedt aan het trainen van z’n focus tijdens het rennen om te voorkomen dat je op een zijspoor raakt op zoek naar een prooi. De Parson Russel Terrier is behoorlijk gehard en kan pijn goed verdragen, waardoor je een blessure pas laat zult zien. Meest geschikt voor; lange afstanden in alle weersomstandigheden
  7. Portugese Waterhond
    De Portugese waterhond werd ingezet op vele taken, waaronder het hoeden van vissen in vissersnetten, het ophalen van uitrusting en netten, en als koerier van schip naar kust of schip naar schip. Dit onstuimige ras houdt van werken en is een geweldige gezinsgenoot voor mensen die op zoek zijn naar een actieve metgezel. Ze zijn aanhankelijk en avontuurlijk, en ze zijn het gelukkigst als ze veel beweging krijgen. Als je geen natte hond wil dan past dit ras niet geschikt bij jou. Meest geschikt voor: lange afstanden, rennen op de trails met veel afwisseling en obstakels
  8. Rhodesian Ridgeback
    De Rhodesian Ridgeback is een in Zuid-Afrika ontwikkelde gespierde hond. De lokale boeren hadden een werkhond nodig die hen zou helpen indringers af te weren maar ook om mee te kunnen jagen onder zware temperaturen. De Deense Dog, Mastiffs, windhond en bloedhond werd gekruist met de lokale semi-gedomesticeerde rassen die leefden bij de stam van Khoikhoi.
    De Rhodesian Ridgeback zijn zeer actieve en waardige honden, gereserveerd tegenover vreemden, maar aanhankelijk naar hun familie. Ze hebben een sterke wil en kunnen de neiging hebben om kattenkwaad uit te voeren. Dit ras heeft een efficiënte pas en een korte, onderhoudsarme vacht die helpt bij het hardlopen in de hitte. Meest geschikt: rennen bij warm weersomstandigheden, lange runs
  9. Siberische Husky
    De Siberische Husky werd oorspronkelijk gefokt om sleeën en karren over lange afstanden te trekken in het barre Russische klimaat. De Husky combineert kracht, snelheid en uithoudingsvermogen met een lichte soepele tred die zowel goed bereik als drive vertoont. Husky’s hebben een levendige geest en staan altijd klaar voor avontuur op elk moment. De dikke vacht – een zachte ondervacht en een langere, grove bovenvacht – houdt husky’s dagenlang goed geïsoleerd in de meest onaangename omstandigheden. Siberiërs zijn zachtaardige en alerte, zeer sociale honden die in een roedel leven en graag buiten zijn, maar ook prima na gedane arbeid in huis kunnen liggen luieren op de bank. Meest geschikt voor; rennen bij koudere weersomstandigheden
  10. Vizsla
    De Vizsla is een Hongaarse jachthond en wordt tot op de dag van vandaag op grote schaal in het veld gebruikt. Vanwege zijn aangeboren kracht en gedrevenheid als jachthond, heeft de Vizsla zijn behoefte aan beweging en liefde voor het buitenleven behouden. Vizsla’s zijn energieke en atletische honden, erg vriendelijk en aanhankelijk en altijd klaar om te gaan. Dit ras blinkt uit in snelheid, uithoudingsvermogen, het navigeren door obstakels en zelfs springen. Wat vizslas verder onderscheidt, is hun uitzonderlijke trainbaarheid. Meest geschikt voor: Lange runs; snel gaan; rennen in de hitte; hardlopen op de trails
  11. Weimaraner
    De Weimaraner is een jachthond die door de edelen aan het Weimar-hof werden gefokt om te jagen op vogels, konijnen en vossen. Deze moedige intelligente hond met een goed geurvermogen en uitstekend uithoudingsvermogen werd bereikt door de Bloedhond, Engelse Pointer, Duitse Kortharige Pointer en blauwe Duitse Dog met elkaar te kruisen. Het zijn loyale, aanhankelijke en vrolijke honden die uitstekende partners zijn mits je maar voldoende met ze in beweging bent. Het zijn geen honden om te lang alleen te laten en kunnen dan uit verveling destructief kauwen op van alles en nog wat in huis. Ze zijn gebouwd voor snelheid en uithoudingsvermogen, wat betekent dat ze het goed doen op zowel korte als lange tochten. De Weimaraner is geweldig in het navigeren door ruig terrein of paden. Meest geschikt voor: lange en korte runs; snel gaan; hardlopen op de trails

 

 

Natte Neuzen Trail Meest Voorkomende Hondenrassen
Tijdens de Natte Neuzen Trails zien we echter een ander beeld aan hondenrassen die hierin actief zijn. Een aantal van de meest bekende actieve honden voor op de lange afstanden zien we terug op de Canitrails, maar zijn niet altijd even aanwezig. De volgorde van meest bekende Canitrail honden op de Natte Neuzen Trails met erachter het aantal zijn:

  1. Border Collie (incl kruising) 20
  2. Siberische Husky 18
  3. Mechelse Herder 13
    Vuilnisbakkie/ Thaise, Roemeense, Bulgaarse, Griekse, Spaanse, Portugese mix 13
  4. Labrador 11
  5. Australian Shepherd 9
    Rhodesian Ridgeback 9
  6. Duitse Staander Korthaar 8
  7. Duitse Herder 6
    Golden Retriever 6
    Labradoodle 6
    Cocker Spaniël 6

Totaal Overzicht Meeste Hondenrassen NNT
Het totale overzicht van hondenrassen die we regelmatig tegenkomen op de Natte Neuzen Trails laat ook een aantal verrassende hondenrassen zien die je in eerste instantie niet zou verwachten op de Canitrail….Het totaaloverzicht op alfabetische volgorde is:

Ras Aantal
Alaskan Malamute 2
Amerikaanse Staffordshire 4
Appenzeller 3
Australian Shepherd 9
Beagle 3
Boerenfox 3
Border Collie (incl kruising) 20
Boxer 2
Bull terriër ( incl de mini) 4
Catahoula 2
Catalaanse herder 2
Chihuahua 3
Cocker Spaniël 6
Dalmatiër 3
Dobermann 2
Drentsche Patrijs 3
Duitse herder 6
Duitse Staander Korthaar 8
Entlebucher 2
Flatcoated Retriever 2
Friese Stabij 4
Golden Retriever 6
Groenlandse hond 2
Heidewachtel 4
IJslandse herder 2
Kooiker 2
Labradoodle (incl kruising) 6
Labrador (incl kruising) 11
Labrador Retriever 3
Mechelse herder 13
Podenco (incl kruising) 5
Rhodesian Ridgeback 9
(Konings)Poedel 3
Rottweiler 5
Sharpei 2
Siberische Husky 18
Vizsla 3
Weimaraner 5
Working Kelpie 4
Zwitserse Witte herder 4
Vuilnisbak/ Roemeens/ Griekse/ Spaanse/ Portugese/ Thaise mix 13


Overzicht Overige Hondenrassen NNT 
En dan hebben we ook nog eens een hele lijst aan enkele hondenrassen die we tussen 2016 en 2021 tijdens de Natte Neuzen Trails zijn tegengekomen maar die echt meer een uitzondering waren, namelijk:

American Indian Dog
Amerikaanse Bull Dog
Australian Cattle Dog
Barbet
Beauceron
Boomer
Border terriër
Bracco Italiano
Cairn terriër
Cesky Fousek
Corgi
Duitse Pinscher
Engelse Setter
Finse Lappenhond
Galgo
Golden Irish
Gordon Setter
Korthals Griffon
Groenendaeler
Ierse Setter
Jack Russel
Keeshond
Laika
Nova Scotia Duck Tolling Retriever
Hollandse Herder
Hovawart
Manchester terriër
Mestizo
Mopshond (Pugchu)
Nizinny (polish lowland sheepdog)
Old English buldog
Parson Russel terriër
Peruaanse naakthond mix
Pointer
Puli (Hongaarse herdershond)
Teckel
Samojeed
Scandinavian hounds ( Eurohounds)
Schapendoes
Schotse herder
Shetland Sheepdog (Sheltie)
Shiba inu
Shi Tzu
Spaanse Waterhond
Tervuerense herder
Wheaten terriër
Whippet
Yorkshire terriër

Zoals je kunt lezen is het een mooie bonte verzameling aan honden; in alle soorten en maten.
Maar wat eigenlijk het allerbelangrijkste is, is een hond, ongeacht welk ras, die het heerlijk vindt om samen met z’n baasje sportief bezig te zijn in de natuur 🙂
En daar heb ik er de afgelopen 5 jaar gelukkig heel veel van voorbij zien komen op de Natte Neuzen Trails XXXX

Beginnen met een Canitrail- trainingsplan

Het lijkt je geweldig om samen met je hond te gaan hardlopen, maar hoe begin je.  Wat kun je samen met je hond al doen en wat niet. We willen tenslotte zowel onszelf als onze honden niet te veel belasten. Als je ‘safe’ zou willen spelen is een schema gebaseerd op een hardloopschema van 0 tot 5km een prima programma om te beginnen. Als je zelf al een geoefende hardloper bent, dan is het juist belangrijk om niet te snel te willen opbouwen. Plan dan de training met je hond voor je eigen training in. Breng je hond na de training naar huis zodat hij lekker rustig kan bijkomen en ga vervolgens zelf verder met je eigen training.

Meteen al met harnas en heupgordel
Doe vanaf het begin dat je met de trainingen gaat beginnen je hond al een ‘hardloop’-harnas aan. Dat kun je thuis aandoen in de veilige vertrouwde omgeving van je hond of als je bij jullie startlokatie zijn. Dit is heel erg afhankelijk van het zelfvertrouwen van je hond. Heb je een onzekere hond dan doe je het harnas thuis aan zodat je de tijd kunt nemen om zo min mogelijk stress op te bouwen bij het aantrekken van het harnas. Hoe min mogelijk het stress emmertje van je hond is gevuld voordat jullie gaan beginnen met trainen hoe meer jullie als team in balans kunnen trainen.

Door je hond in dit voortraject teveel te stimuleren en enthousiasmeren kan je hond overprikkeld raken. Dat uit zich in bijvoorbeeld bijtgedrag naar andere honden of bijten in de lijn; of continu op hoge toon blaffen; of alle kanten op lopen alsof je hond volledig de oriëntatie kwijt is.

Jullie training begint dus al bij de intentie om te gaan trainen. Hoe minder je je hond prikkelt en overenthousiast maakt, hoe beter je hond in z’n lijf ‘erbij’ kan zijn. Merk je dat je zelf te opgewonden bent, haal dan drie keer heel diep adem via de neus en via de mond uit. Hoe rustiger jij bent, hoe kalmer jullie aan de training kunnen beginnen. Mijn hond kwispelt en is blij als hij me ziet met het harnas in de hand, maar springt niet tegen me op of blaft de longen uit z’n lijf uit overenthousiasme. Probeer dat laatste dus absoluut te voorkomen.

Opbouw training
Een training is opgebouwd uit een Warming-up, Kern en Cooling down. In de Kern kun je een onderdeel “Core Stability” of “Kracht” toevoegen waarbij je gebruik maakt van de hopelijk bosrijke omgeving waar jullie op dat moment zijn. Tijdens de training is je hond te allen tijde leidend. Merk je dat je hond moe wordt dan pas je jullie training meteen aan. Merk je tijdens je training dat je eigen conditie nog niet op orde is, dan plan je in ieder geval een training in de week extra voor jezelf zonder hond. Vooraf bepaal je in ieder geval wat het thema van de training is. Dat kan opbouw duurvermogen zijn, of verdiepen samenwerking, of misschien wil je wel extra werken aan heuvel technieken. Als je weet wat jullie doel is van de training, pas je daarop alles aan.

Warming up
Het belangrijkste doel van de warming up is het lichaam wakker maken en de actieve onderdelen van het lichaam die gebruikt gaan worden op temperatuur brengen. Het rustig inwandelen, een plasje en een poepje, wat kleine snuffelmomentjes en af en toe overgaan op een rustig jogtempo hoort in deze fase.

Het inlopen duurt zo’n 10 – 15 minuten. Begin met wandelen in een actief tempo en loop hierbij eerst in rechte stukken en vervolgens laat je je hond bochten maken, om bomen lopen en/of over omgevallen bomen rustig stappen. Ga niet slenteren, dat warmt je hond niet goed op. Ga in deze fase vooral niet sprinten, omdat spieren en gewrichtsvloeistof nog niet voldoende zijn opgewarmd.

Het kraakbeen en gewrichtsvloeistof hebben deze tijd nodig. De doorbloeding in de spieren is sneller op orde. Het zenuwstelsel moet ook op gang komen, want de coördinatie is enorm belangrijk bij alle bewegingen. Neem er ook gewoon echt even de tijd voor om blessures te voorkomen.

Natuurlijk is de omgevingstemperatuur en hoe lang de hond in die omgeving is van belang: hoe kouder de omgeving en hoe langer de hond daarin verbleven is, hoe langer de warming up moet duren. Onder slechte omstandigheden (de hond heeft een uur voor de training bij een buitentemperatuur van 5 graden bij windkracht 6 met de auto vol in de wind in die auto gezeten en heeft gisteren ook intensief getraind) is een warming up van 15 tot 20 minuten zeker nodig. Als de hond een jasje of Back-on-Track deken met Welltex® aan heeft in de auto of tijdens het wachten zal de warming up ook sneller op orde zijn.

De Kern
Tijdens de kern wissel je als echte beginner het wandelen en hardlopen af net als bij een beginnersprogramma voor startende hardlopers. In de eerste paar trainingsweken zijn de wandelblokken langer als de hardloopblokken. Bijvoorbeeld 5 minuten wandelen en 5 minuten hardlopen of 300 meter hardlopen en 500 meter wandelen. Beloon je hond veelvuldig zowel verbaal als met lekkere voertjes op de momenten dat hij of zij het goed doet. Heb vooral veel geduld als je hond in het begin nog niet goed begrijpt wat je van hem of haar vraagt.

Je zorgt ervoor dat je zelf en je hond niet buiten adem raken. De focus ligt in het begin vooral op het samen ontdekken van de eerste stapjes op de canitrails. Onthoud dat sommige honden het tempo willen opdrijven en gemakkelijk kunnen worden afgeleid, terwijl andere honden achterblijven en buiten adem lijken. Het is essentieel dat jullie in een comfortabel tempo lopen waarbij je hond in een relaxte draf loopt in plaats van een gestreste galop.  Houd de intentie en mindset dus altijd ontspannen.

Loopt je hond alleen nog maar achter je of zie je zijn of haar energieniveau flink achteruitgaan, stop dan onmiddellijk met het hardlopen. Ga niet aan je hond lopen trekken of overhalen met enthousiaste kreetjes. Hij of zij geeft duidelijk z’n grens aan. Leer vanaf het begin de grenzen van je hond te respecteren zodat de training ook voor je hond leuk blijft en hij of zij de volgende keer weer heel graag mee wil.

Bied tijdens de kern zoveel mogelijk afwisseling aan in rechte paden, smalle paden, veel bochten paden, zanderige paden, harde stenen paden en dikke blubber paden. Teveel afwisseling kan eventueel onrustig maken. En teveel van hetzelfde kan je hond demotiveren of vervelen.  Ga niet altijd in hetzelfde stukje natuur lopen, maar kies ook hier voor de nodige variatie. In een vreemd stukje natuur zal je hond misschien wel wat meer snuffelmomentjes willen om z’n omgeving wat beter te leren kennen. Geef je hond in zo’n soort situatie bewust wat meer van dit soort snuffelmomentjes.

Zijn er onderweg waterplasjes, beekjes of regenpoeltjes en je hond loopt er naartoe, geef je hond dan ook voldoende tijd en ruimte om even erin te staan om af te koelen. Of eruit te drinken om te hydrateren. Zodra je hond wegloopt weet je dat hij of zij genoeg heeft gedronken of is afgekoeld. Zijn er onderweg geen watertjes dan bied je afhankelijk van de weersomstandigheden regelmatig water uit je eigen flesje aan in een opvouwbare drinkbak. Geen niet teveel want dan kan je hond er last van krijgen ( net als bij mensen die dan een ‘klotsmaag’ krijgen).

Core Stability –  of Krachtoefeningen
Tijdens de kern van de training kun je als je een hoop omgevallen bomen ziet deze natuurlijke hindernisbaan gebruiken voor wat core stability oefeningen. Laat je hond bijvoorbeeld met alle 4 de poten rustig over die omgevallen boomstammen stappen. Daarmee oefen je de proprioceptie en train je zijn lichaamsbewustzijn.
Of pak de trap die je onderweg tegenkomt voor wat extra krachttraining. Laat je hond iedere 3 traptredes die je omlaag loopt even stil staan. Let daarbij erop dat beide achterpoten op 1 traptrede staan en de beide voorpoten op een traptrede lager. Ben je onderaan dan ga je de trap ook weer op dezelfde manier omhoog. Een fantastische krachttraining, alleen nog niet geschikt om te vaak te herhalen voor de jongere honden tot 1,5-2 jaar.

Cooling Down
De functie van de cooling down is tweeledig: het afvoeren van afvalstoffen en het normaliseren van de spiertonus. Door na de training 10 minuten uit te wandelen van stevig tempo naar rustig wandelen is de kans op spierpijn in de dagen erna flink afgenomen. Als je hond niet goed wordt uitgelopen, komen de spieren in een keer stil te liggen en is de kans op stijfheid groter.
Kijk goed naar de ademhaling van je hond, deze moet tijdens de cooling down weer rustig worden. Bied tijdens de cooling down een aantal strekoefeningen aan en kijk goed hoe hij of zij de oefening uitvoert.

Een fijne stretch-oefening voor de wervelkolom is je hond gestrekt tegen een boom laten staan waarbij je met een voertje ervoor zorgt dat je hond de rug iets verder uitstrekt om het voertje te kunnen pakken. Bij een hele zware training is dit een te grote belasting voor de achterhand. Het is dan verstandiger om de hond in rustig tempo een rondje om z’n as te laten draaien naar rechts en links. Of laat je hond met de neus naar de achterkant link en achterkant rechts buigen terwijl de poten recht naar voren blijven staan.

Een uitloop-wandeling of fietstochtje de volgende dag helpt ook bij het efficiënt afvoeren van de afvalstoffen en spierherstel.

Water en voeding na afloop
Na de cooling down als je hond weer rustig ademhaalt bied je bij de auto je hond wat water aan en geeft hem of haar een kleine portie brokjes die makkelijk te verteren en niet al te vet zijn.  Het al dan niet geven van herstelshakes is een persoonlijke keuze. Ik geef het bewust niet omdat ik graag na de training wil zien hoe mijn hond op de training reageert. Herstelt hij slecht na de training, dan weet ik dat ik de training moet aanpassen. Herstelt hij heel snel, dan weet ik dat de volgende training waarschijnlijk wat zwaarder mag zijn.

Om het herstel te bevorderen kan een Back-on-Track deken met Welltex® ondersteunen. Het is vergelijkbaar met een infrarood sauna bezoekje voor ons mensen na een zware training. Dit deken kun je ook bij koude dagen inzetten als warming-up terwijl je onderweg bent naar de startlokatie van jullie training. En als cooling down in de auto om te voorkomen dat de spieren te snel stijf worden.

Warm veilig plekje
Na de cooling down, wat te eten en drinken leg je je hond met of zonder deken op een warme (niet te warm!) plek waar hij kan gaan dromen van een hopelijk heerlijke canitrail training. Geef je hond in de uren erna de kans om wat bij te drinken en goed te plassen, dit ivm het afvoeren van afvalstoffen.

TIP: Maak van jullie training een herkenbaar feest door er een voorspelbaar patroon van te maken. Honden vinden het nu eenmaal erg prettig om in een vaste patroon te trainen.

Signalen herkennen
Tijdens de hele training kijk je goed naar het gangwerk en de signalen van je hond. Communicatie is een van de belangrijkste onderdelen van jullie hardloopsucces.
Een hond die bij het inzetten om te gaan hardlopen in de lijn bijt kan daarmee aangeven dat de overgang van energie van het wandelen naar het hardlopen iets te snel gaat. Maak die overgang dan geleidelijker en zachter.
Of je hond gaat om de bek likken (tongelen) als ie in de verte een fietser ziet aankomen. Kies er dan bijvoorbeeld voor om een afslag eerder te nemen of ga wandelen of leidt hem of haar af door van het pad af te gaan en dwars door het bos te lopen.
Een heel goed boek om bekend te raken met de kalmerende signalen van honden zijn de boeken ”Kalmerende signalen” van Turid Rugaas of “Luister naar MIJ” van Tricia Hollingshead.

Vermoeidheidsverschijnselen
Iedere hond laat fysieke of mentale vermoeidheid op een andere manier zien, maar als je je hond goed kent weet je welke signalen hij dan afgeeft. Blijf goed opletten op je hond zeker als je in het vuur van de training zit. Een aantal signalen, die je hond bij vermoeidheid kan tonen (vaak in combinatie) zijn:

• bewegingen worden langzamer uitgevoerd
• de coördinatie wordt minder
• controle verdwijnt
• de hond gaat erbij liggen
• de hond zoekt schaduwplekken of koel gras
• krijgt wallen onder zijn ogen
• krijgt rode ogen
• zijn oren en staart zakken in hoogte
• de hond gaat extreem hijgen
• kan zich niet meer concentreren
• wordt juist heel erg druk
• wordt bijterig
• gaat in staking/blokkeert

Het hangt af van het type vermoeidheid of je direct stopt als je vermoeidheid ziet bij je hond of juist nog even doorgaat. Bij mentale vermoeidheid is het zinloos om verder te trainen.
• Je stopt onmiddellijk bij het eerste vermoeidheidsteken tijdens een technisch lastige training, want de coördinatie vermindert dan en dan is de kans op een misstap/ blessure erg groot.
• Bij een training van het uithoudingsvermogen kun je nog even doorgaan, omdat je de hond wilt verbeteren en dat kan alleen met een beetje extra vermoeidheid (het overloadprincipe).

Kijken naar het gangwerk
Voor eigenaren van actieve honden is het essentieel om te kijken naar en het herkennen van normaal gangwerk van je hond. Door goed te kijken naar de houding en beweging van je hond, zie je ook sneller dat er iets aan schort en kun je eerder actie ondernemen.

Alle gangen van de hond worden benoemd op deze Engelse Gaits Web Site

De verschillende gangen van de hond zijn ook op diverse youtube filmpjes goed te zien:


De stap, draf en galop / rengalop zijn gangen, die vaak bij een hond gezien kunnen worden.  Let op de lengte van de passen, de beweging in de wervelkolom, de plaatsing van de poten en de kracht in spiertonus.

De stap zie je tijdens het rustige wandelen. De stap is een viertakt* gang. Wat betekent dat elke poot afwisselend van elkaar de grond verlaat.

De draf is een tweetakt gang. Waarbij de diagonale poten gelijktijdig naar voren of naar achteren bewegen. Dus linksvoor met rechtsachter worden samen naar voren gebracht en rechtsvoor met linksachter worden samen naar voren gebracht. Dit heet de zogeheten kruisgang. Het is de meest gangbare manier van bewegen voor de hond omdat de beweging gelijkmatig wordt verdeeld over alle vier de ledematen en dus uitermate geschikt voor het afleggen van lange afstanden.

De galop is voor veel honden de werkgang waarin hij de meeste snelheid kan maken. De galop heeft de voorkeur als de hond over een lang recht stuk op maximale snelheid wil lopen.

Tijdens de trainingen waarin je het duurvermogen wil uitbreiden is de draf de beste manier voor je hond om zich voort te bewegen. Het is energiezuinig, stabiel en het minst vermoeiend.  Wil je de snelheid en kracht van je hond verder ontwikkelen dan verwerk je korte stukken in galop over rechte paden in jullie training.

Commando’s
Tijdens jullie dagelijkse wandelingen kun je al makkelijk experimenteren met allerlei commando’s die bij jullie passen. Je kunt ervoor kiezen om commando’s te gebruiken in het Nederlands, zoals links, rechts, stop, door, voor, naast, draf en wandel. Of misschien in het Engels zoals left, right, go. En misschien vind je het fijn om de commando’s uit de sledehondensport te gebruiken, zoals gee = rechts, haw = links, straight on = rechtdoor bij kruispunten, hike of mush = vertrek commando, steady = rustig aan, whooa = stop.

Het maakt in principe niet uit wat je als commando gebruikt als je het maar consequent gebruikt! En als je hond het commando goed heeft opgevolgd, dan beloon je je hond uiteraard met een ‘Goed zo’ of ‘Good Boy/ Girl’.

Daarnaast hoef je de commando’s niet van je af te schreeuwen. Uit onderzoek is gebleken dat honden ongeveer vier keer beter horen als wij mensen.  Dus als je hond niet naar links gaat terwijl je links hebt gezegd, dan is dat niet omdat hij ‘doof’ is. De mensentaal is voor honden extreem moeilijk. Non-verbale communicatie oftewel communicatie op basis van lichaamstaal is voor hun veel makkelijker te vatten. Een commando naar links kun je naast het woord “links’ bekrachtigen door vanuit je heup alvast de intentie naar de linkerkant in te zetten door je gewicht naar links te verplaatsen.  Harder ‘links’ schreeuwen heeft geen enkele zinJ

Het Beginnersschema
In onderstaand schema wil ik startende canitrailers een leidraad geven. Hierin zitten verwerkt diverse programma’s die worden aangeraden door dierenartsen en hondentrainers uit Amerika en Engeland die vanuit hun eigen ervaring een startersprogramma al hebben opgesteld. Hieraan toegevoegd heb ik mijn eigen visie, ervaring en kennis die ik heb opgedaan in de praktijk en tijdens mijn opleiding bij Fitdog Programm.

Week 1

Dinsdag, Donderdag, Zondag: Wandel-Ren-Wandel: het moet vooral leuk zijn!

In de eerste week is het belangrijk dat de focus vooral ligt op het samen plezier beleven aan het samen hardlopen in de natuur. Beloon je hond veelvuldig zowel verbaal als met lekkere voertjes op de momenten dat hij of zij het goed doet; bijvoorbeeld als ie een tijdje in een rustige draf loopt. Of als ie gaat wandelen als je het commando “Wandel” geeft. Of als ie rustig doorloopt terwijl er een wandelaar jullie tegemoet loopt.

Focus = wennen aan het aan elkaar vast zitten en de overgangen van wandel naar hardlopen naar wandelen naar hardlopen etc.  Koppel een commando of beweging aan het wandelen en koppel een commando of beweging aan het beginnen met hardlopen.

Plan 3 dagen een route van 2,5 tot 3km in waarbij je 1km inloopt en 1km uitloopt. Jullie lopen allebei met volledig canitrail-materiaal om en aan.
Mens – heupgordel en in hardloopkleding met hardloopschoenen.
Hond – harnas en verende lijn

Doel inlopen (10-15 minuten) = Voor beiden om de doorbloeding op gang te brengen en het gewrichtsvloeistof op te warmen zodat de gewrichten optimaal de belasting van het hardlopen kunnen opvangen. Voor je hond om even een plasje en poepje te kunnen doen, wat rond te snuffelen in deze nieuwe omgeving en te wennen aan het harnas en aan elkaar vast zitten. In de warming-up observeer je je hond en voel je hoe je zelf in je vel zit. Pas je training als jij of je hond niet lekker in z’n vel zit en maak er vervolgens een spannende Snuffel-wandeling van.

Kern 2,5 – 3km = Tijdens deze eerste runs wissel je stevig wandelen af met stukjes hardlopen. Je zorgt ervoor dat je zelf en je hond niet buiten adem raken. De focus ligt op het samen ontdekken van de eerste stapjes op de canitrails. Onthoud dat sommige honden het tempo opdrijven en gemakkelijk worden afgeleid, terwijl andere honden achterblijven en buiten adem lijken. Het is essentieel dat jullie in een comfortabel tempo lopen waarbij je hond in een relaxte draf loopt in plaats van een gestreste galop.  Houd het dus ontspannen.

Doel uitlopen (10-15 minuten) = De functie van de cooling down is tweeledig: het afvoeren van afvalstoffen en het normaliseren van de spiertonus. Door na de training even 10 minuten uit te wandelen van stevig tempo naar rustig wandelen is de kans op spierpijn in de dagen erna flink afgenomen.

Week 2

Dinsdag, Donderdag, Zondag: Wandel-Ren-Wandel: commando’s

In de tweede week is het belangrijk dat de focus vooral ligt op het opdoen van ervaring met de commando’s links, rechts, door (bij een kruising), stop. Oftewel de commando’s die richting geven. Beloon je hond veelvuldig zowel verbaal als met lekkere voertjes op de momenten dat hij of zij het goed doet.

Focus = wennen aan het geven van richting door middel van korte commando’s.

Plan 3 dagen een route van 3 tot 3,5km in waarbij je 1km inloopt en 1km uitloopt. Jullie lopen allebei met volledig canitrail-materiaal om en aan.

Inlopen (10-15 minuten)

Kern 3-3,5km = Tijdens deze runs wissel je nog steeds stevig wandelen af met stukjes hardlopen. Probeer nog niet meer te rennen als te wandelen, omdat de focus van deze week ligt bij het wennen aan de commando’s.  In de door jou geplande route pak je zoveel mogelijk afslagen. Kies dus niet voor een stuk met alleen maar rechte paden. Houd het ontspannen en heb vooral veel geduld als je hond je commando niet meteen goed opvolgt. Lukt het niet, let dan op of je je commando kunt versterken met je lichaamstaal.

Uitlopen (10-15 minuten)

Week 3

Dinsdag, Donderdag, Zondag: Wandel-Ren-Wandel: uitbreiden renstukken

In de derde week is het belangrijk dat de focus vooral ligt op het uitbreiden van de rengedeeltes. Blijf in een comfortabel tempo lopen (draf) terwijl je het hardloopdeel uitbreidt van bijvoorbeeld 5 minuten naar 7 of 8 minuten afgewisseld met 5 minuten wandelen.

Focus = het hardloopdeel in de loop van de week verder uitbreiden. Let op dat je niet meteen te veel doet. Liever tot de grens als over de grens.

Plan 3 dagen een route van 3,5 tot 4km in waarbij je 1km inloopt en 1km uitloopt. Jullie lopen allebei met volledig canitrail-materiaal om en aan.

Inlopen (10-15 minuten)

Kern 3,5-4km = Tijdens deze week breid je het rengedeelte verder uit. Je route kan over meer rechte paden gaan, zodat jullie tijdens het rennen samen in een ‘flow’ kunnen komen. Stimuleer en beloon vooral het trekken en/ of keurig ‘voor’ lopen. Aan het eind van de week zijn de renstukken al een stuk langer als de renstukken in het begin van de week.  Ook je wandeldelen kun je korter maken. Let deze week heel goed op de vermoeidheidssignalen!!!!

Uitlopen (10-15 minuten)

Week 4

Dinsdag, Donderdag, Zondag: Wandel-Ren-Wandel: uitbreiden afstand renstukken

In de vierde week ga je de renafstand nog verder uitbreiden en de wandelgedeeltes steeds verder qua tijd en afstand terugbrengen. Blijf in een comfortabel tempo lopen (draf) terwijl je het hardloopdeel uitbreidt naar bijvoorbeeld 10-15 minuten afgewisseld met een paar minuten wandelen.

Focus = het hardloopdeel nog verder uitbreiden en minder wandelen. Kijk of je bij je hond kunt ‘lezen’ wanneer hij of zij behoefte heeft om even bij te komen (wandelen) Het kan zijn dat je hond tijdens het rennen ineens stopt bij een plekje alsof daar iets heel interessants te ruiken is. Gun je hond deze extra door hem of haar gevraagde adempauze.

Plan 3 dagen een route van 4 tot 5km in waarbij je 1km inloopt en 1km uitloopt. Jullie lopen allebei met volledig canitrail-materiaal om en aan.

Inlopen (10-15 minuten)

Kern 4-5km = Tijdens deze week breid je het rengedeelte nog verder uit. Je route wissel je af met rechte brede paden en smalle single tracks. Misschien dat je een duidelijk verschil ziet in de energie van je hond als je over brede paden loopt ten opzichte van de smalle paden. Misschien kun je een stukje van een mountainbike-pad volgen als afwisseling. Let wel op dat je op tijd opzij stapt om de mountainbikers niet in de weg te zitten.  Blijf wel heel goed op de vermoeidheidssignalen letten!!!!

Uitlopen (10-15 minuten)

Week 5

Dinsdag, Donderdag, Zondag: Kortere afstand maar wel volledig hardlopend

In de vijfde week ga je de afstand die jullie samen afleggen korter maken, maar dan wel volledig hardlopend afleggen. Tussendoor gaan jullie niet meer wandelen tenzij je hond aangeeft wel een korte adempauze nog te hebben. Blijf in een comfortabel ontspannen tempo lopen (draf)

Focus = de hele kern samen hardlopend afleggen.

Plan 3 dagen een route van 2,5 tot 3km in waarbij je 1km inloopt en 1km uitloopt. Jullie lopen allebei met volledig canitrail-materiaal om en aan.

Inlopen (10-15 minuten)

Kern 2,5-3km = Tijdens deze week gaan jullie de kern volledig hardlopend afleggen. Zorg voor een interessante afwisselende route zodat je hond voldoende geprikkeld wordt met voor hem of haar interessante misschien wel nieuwe stukken. Zodra je hond echter wat wil snuffelen aan een boom nodig je hem of haar uit om toch door te lopen. Merk je dat je hond het echt niet meer lukt, dan negeer je natuurlijk niet deze signalen.

Uitlopen (10-15 minuten)

Week 6 en verder

Dinsdag, Donderdag, Zondag: Wisseltempoloop en duurloop

Vanaf de zesde week plan je op een van de drie trainingsdagen een wisseltempoloop. Deze training is qua afstand minder ver als de duurloopjes, maar qua intensiteit wel hoger. Tijdens jullie wisseltempoloop wissel je de draf af met korte stukjes galop gevolgd door een korte wandelpauze. De afstand mag niet verder zijn als 3-4km terwijl je de duurloopjes in het weekend zeker verder kunt uitbreiden.

De week kun je beginnen met een kleine duurloop, dan een wisseltempoloop en in het weekend een langere duurloop plannen in nieuwe gebieden.

Focus = variatie in jullie trainingsweek.

Plan 3 dagen in waarbij je 1km inloopt en 1km uitloopt. Jullie lopen allebei met volledig canitrail-materiaal om en aan.

Inlopen (10-15 minuten)

Kern korte duurloop 4-5km
Kern wisseltempoloop 3-4km
Kern lange duurloop vanaf 5 km tot 10km
Vanaf de zesde week plan je variaties in qua trainigsintensiteit.
Een korte intense duurloop op hoog draftempo of in technisch moeilijk terrein of met extra heuvels erin verwerkt voor wat extra krachttraining.
Een wisseltempoloop waarbij je korte stukken galop afwisselt met rustig drafmomenten.
Een lange duurloop op ontspannen energiezuinige draf. Tijdens deze langere duurloopjes kun je snuffelmomentjes eraan toevoegen vooral als jullie in een nieuw gebied zijn. En omdat jullie naar andere gebieden aan is het handig om te beginnen met het standaard meenemen van een trailrugzakje met EHBO-spulletjes voor jou en je hond en extra water. Blijf alert op de vermoeidheidssignalen.

Uitlopen (10-15 minuten)

Tot slot
Je kunt iedere week ongeveer 1km toevoegen aan jullie langere duurloop. Houd de korte duurloop qua afstand korter maar wel intenser qua snelheid. De wisseltempoloopjes blijven altijd kort in afstand maar het hoogst in intensiteit. Tussendoor houd je goed in de gaten of je hond voldoende hersteld en niet te lang last heeft van stijve spieren. Is dat wel het geval, dan schroef je de intensiteit en afstand wat meer terug.

Zo hebben jullie een mooi gevarieerd programma met voldoende trainingsprikkels en een geleidelijke opbouw in belastbaarheid.

LET OP: Tijdens jullie trainingen is en blijft je hond altijd leidend. Geeft hij aan dat ie moe is, dan stop je er ook meteen mee. Je pakt wat langer rust, geeft wat te drinken of je maakt de wandelpauze wat langer.  Neem de tijd…er is geen haast in het opbouwen van jullie kilometers.

Heel veel plezier en wil je jullie beginnerservaring delen, laat het ons dan vooral weten in onze Natten Neuzen Trail FB Community.

 

 

 

 

 

 

 

 

Programma Canitrailen voor Beginners 2021

Canitrailen is het samen beleven en genieten van het hardlopen in de natuur over onverharde paden vanuit samenwerking tussen mens en hond zonder tijds- en prestatiedruk.

Tijdens het canitrailen zijn mens en hond ten alle tijden aan elkaar verbonden. Enerzijds omdat je door gebieden loopt waar veel wild loopt en je vanuit respect voor dit gebied je hond aangelijnd houdt. Anderzijds omdat het aan elkaar verbonden zijn veel vraagt van de techniek, samenwerking en respectvolle relatie tussen hond en mens.

Canitrailen is samen op avontuur gaan in de natuur, samen werken aan conditie en uithoudingsvermogen en gewoon erg leuk om samen te doen.

Canitrailen voor beginners
Dorethea Bil, grondlegger van het canitrailen in Nederland, heeft uit de behoefte van startende canitrailers die niet zozeer willen aansluiten bij bestaande Canicross-cursussen of workshops een eigen programma ontwikkelt die past bij het principe van de geleidelijke voortgang en bewegen vanuit balans – twee van de basisprincipes uit de chi-running filosofie waarin zij opgeleid is. Zij introduceert starters in de wereld van het Canitrailen.

De ziel van de Canitrailer
De ziel van de canitrailer is een ‘vrije avontuurlijke sportieve ziel’ verwant aan de ‘endurance’ in de paardensport. Het gaat niet alleen over uithoudingsvermogen, maar ook over:
– kunnen trailen in het aerobic energie systeem,
– self-supporting kunnen zijn,
– kunnen samenwerken op alle ondergronden
– goed jezelf en je hond kunnen observeren en lezen
– goed ‘in het moment’ kunnen lopen
– respect voor en genieten van de natuur.


Hoe ziet het Programma Canitrailen voor Beginners eruit?
Gedurende 4 maanden volg je het programma Canitrailen voor Beginners.

Tijdens dit programma worden jij en je hond (het canitrail-team) intensief begeleid door Dorethea Bil en maak je kennis met alle facetten van de Canitrail-sport. Naast 3 privé-trainingen plan je ook 1 groepstraining in, omdat het canitrailen in een groep vaak andere aspecten met zich meebrengt dan als je alleen met je hond loopt.  Gedurende het programma ontvang je diverse theorie-modules om jullie kennis over de sport uit te breiden en jullie kunde in de sport te onderbouwen.

Met al deze kennis en vaardigheden gaan jullie in de 4 maanden die voor het programma staan vooral veel experimenteren en proberen…want uiteindelijk is vooral het ZELF DOEN nog altijd de beste leerschool. Dorethea volgt, informeert en adviseert jullie in dit 4-maandelijkse proces naar een mooi samenwerkend team met diep respect voor elkaar en jullie mogelijkheden.

Wat kun je verwachten?
Via de Fitmanager koop je het beginners-programma voor 4 maanden. Voorafgaand aan de eerste training vul je eerst een vragenlijst in met daarin de doelen die je voor jouw team hebt gesteld, want dat is zo mooi aan dit programma: het is persoonlijk en afgestemd op jullie team!

Het programma wordt aangeboden in de maanden september-oktober-november-december 2021:
– de 3 privé-trainingen,
– de groepstraining,
– diverse theorie-modules over belastbaarheid, trainingen, gangwerk, etc.
– oefeningen om direct mee aan de slag te kunnen
– filmpjes van het gangwerk van jou en je hond

In de maanden september-oktober-november-december maken we in overleg 3 privé-trainingen en 1 groepstraining afgestemd op jullie agenda. De periodes tussen de trainingen bepaal je zelf op basis van jullie beschikbaarheid, conditie en ambitie. Jullie eerste training is altijd een privé-training zodat we met elkaar kunnen kennismaken.

Alle trainingen vinden plaats in Nationaal Park Veluwezoom in Rozendaal, Velp of Rheden. Mocht je een privé-training bij jou in de buurt willen, dan komen daar extra reiskosten bovenop.

Professionele begeleiding
De trainingen worden gegeven door Dorethea Bil. Zij is in 2016 begonnen met het opzetten van de Natte Neuzen CaniTrails om canitrailen als sport in Nederland op de kaart te zetten en een doel te geven om naar toe te kunnen trainen. Dorethea is gecertificeerd hardloop- en trailrunning trainster (Atletiek-Unie) , honden-fitnesstrainster (Fit Dog Programm) , canitrail-trainster, chirunning coach & yoga instructor (Yoga4Runners).
Tussen het organiseren van de diverse Natte Neuzen Trails en (Cani)Trails door traint ze zelf regelmatig met haar witte herder voor langere Cani-Trails in binnen – en buitenland maar ook voor diverse Ultra-Trails in mooie stukjes natuur zonder haar hond.

 

Kosten: €100,00
– 3 privé trainingen van 60 minuten
– 1 groepstraining van 90 minuten
– 1 op 1 adviezen en oefeningen om zelf mee aan de slag te kunnen
– het digitale boek ” Het Handboek voor de Canitrailer”
– minimale leeftijd hond 12 maanden

 

Warmte en Honden; waar moet je op letten

De zomer is een geweldige tijd om erop uit te trekken met je hond. Maar honden verdragen de hitte niet zo goed als hun baasjes. Wanneer mensen het warm krijgen, beginnen ze te zweten via de huid, maar honden kunnen dit alleen doen via de kussens onder hun poten en door te hijgen. Hijgen is daarbij hun belangrijkste koelmethode.

Maar hijgen kan de lichaamstemperatuur slechts tot op een zekere hoogte regelen. Naarmate de temperatuur en de luchtvochtigheid stijgen, kan de hond niet meer afkoelen door alleen maar te hijgen. Dit leidt tot een verhoogd risico op oververhitting bij honden, wat mogelijk dodelijk is. Op het internet en op Facebook zijn er gelukkig heel veel artikelen die gedeeld worden over hoe je kunt voorkomen dat je hond in deze temperaturen oververhit raakt. Er is niets ergers dan als je door wat simpele ingrepen had kunnen voorkomen dat je hondje komt te overlijden door oververhitting.

Realiseer je dat warmte voor honden bepaald niet ongevaarlijk is.  Een hond die zijn warmte onvoldoende kwijt kan doordat hij bijvoorbeeld druk heeft gespeeld in de warme zon, kan uiteindelijk een warmte-shock krijgen. Een hond die in shock raakt, zakt door zijn poten en is zijn coördinatie kwijt.  Wanneer een hond te lang in shock blijft, kan hij uiteindelijk overlijden!

 

HOE RAAKT EEN HOND ZIJN INTERNE WARMTE KWIJT 

  • Lucht in- en uitademen: Dit is de belangrijkste methode die een hond gebruikt om zichzelf af te koelen. Je hond hoor je zwaar en snel hijgen zelfs als het maar matig warm wordt. Dit is volkomen normaal. Door dit te doen, laat je hond koele lucht in zijn lichaam circuleren, waardoor de lichaamstemperatuur daalt. Hoe koeler de lucht, hoe effectiever deze methode is. De lichaamstemperatuur van een hond is normaal gesproken 38° C – 39° C (puppy’s vaak iets hoger). Hoe hoger de luchttemperatuur wordt, hoe minder effectief deze methode is.
  • Geleiding:Honden gaan op een koele ondergrond liggen om zo de warmte van hun lichaam over te brengen naar de koele ondergrond. Koel zand, schaduw, koele stenen, allemaal manieren om af te koelen. In de liezen en oksels, op de buik en onder de voetzolen heeft de hond graag koelte als hij z’n warmte kwijt wil.
  • Verdamping: Dit gebeurt door te hijgen. De hond zal lucht over de tong en in de longen laten circuleren. Het speeksel en het vochtige slijmvlies van de longen zullen verdampen en de energie van de lucht absorberen in plaats van dat de energie wordt overgebracht naar het oppervlak van de tong of longen. Mensen gebruiken deze methode door te zweten.
    c

Als de luchttemperatuur de lichaamstemperatuur van je hond nadert, kan de hond zichzelf niet meer koelen!!!!
Gewoon sporten of spelen bij warmer weer kan leiden tot oververhitting in verrassend korte tijd, slechts tien minuten lopen kan al te veel zijn.
Voorbeeld: de lichaamstemperatuur van de hond in volledige rust is binnen in het huis 37,5° C. Je neemt de hond naar buiten waar het 29° C is met een luchtvochtigheid van 53%. Nadat we in een rustig tempo een klein stukje hebben hardgelopen, was z’n lichaamstemperatuur al gestegen naar 39,9° C!
c

Het effect van hoge relatieve vochtigheid
De gemiddelde luchtvochtigheid in Nederland in de zomer is tussen de 74% en 82%.  Dat betekent dat de relatieve vochtigheid in de lucht erg hoog is en het moeilijk is om je vocht kwijt te raken.  Je hond reguleert zijn lichaamstemperatuur door te hijgen; zo circuleert de hond frisse lucht in zijn lichaam en koelt hij zichzelf af. Hoe koeler de lucht, hoe beter dit werkt. Maar als de lucht al zo vol zit met water, kan het speeksel en slijmvlies op de longen net als het ‘zweet’ bij ons mensen nauwelijks verdampen. Je kunt dus letterlijk niet je warmte kwijt omdat het vocht niet kan verdampen en er dus geen verkoelend effect optreedt . In onderstaande Hitte Index Hondensporten staan wat richtlijnen mbt het sporten met je hond bij bepaalde temperaturen en luchtvochtigheid.

c

HYPERTHERMIE
Als je hond zijn warmte niet kwijt kan, is er gevaar voor oververhitting, ook wel hyperthermie genoemd. Je hond wil graag afkoelen, maar het lukt niet! Als de lichaamstemperatuur van je hond te hoog wordt (> 41 °C), kunnen organen als het hart, de lever, hersenen en de nieren beschadigd raken. Oververhitting kan zeer plotseling optreden; honden kunnen in het ergste geval eraan overlijden.

Wat zijn de alarmsignalen als een hond oververhit raakt?

Fasen van oververhitting:
1. Hijgen, koele plekjes zoeken, geen rust meer hebben op één plek
2. Hard hijgen, kwijlen, braken, diarree
3. Slijmvliezen worden bleek
4. Niet meer reageren op prikkels, apathisch, shock erg hijgen
Bij meting temperaturen tussen 40.5 °C en 42 °C !!!
c

Zodra je vermoedt dat je hond oververhit raakt kun je meteen de volgende dingen doen:

  • Schaduw: Haal je hond uit de zon of uit de warme auto en leg hem in de schaduw.
  • Rust: Gun je hond rust. Als hij nu gaat lopen of rennen zal de temperatuur verder stijgen.
  • Water: Laat je hond water drinken met een normale temperatuur (geen ijswater). Door het water zal je hond van binnenuit afkoelen.
  • Strand: Zorg dat je hond geen zeewater drinkt. Dit geeft meer schade dan dan het goed doet.
  • Pootjebaden / zwemmen: Laat, indien mogelijk, je hond in het water liggen/zwemmen. Neem hier ruim de tijd voor.
  • Tocht: Droog je hond niet af, dek je natte hond niet af met een handdoek en laat je hond op de tocht staan (houd de raampjes van je auto open)
  • Bontjas: Bij oververhitte dieren met een dichte vacht, adviseert een dierenarts de buik van je hond te scheren. Het is niet leuk, maar bedenk dat je hond, als hij niet snel afkoelt, kan overlijden!
  • Alcohol: Een hond koelt het snelst af met alcohol. Dep de alcohol op de onbehaarde plekken van de hond (liezen, oksels, keelgebied, enzovoort). Alcohol zorgt dat de bloedvaten zich verwijden, zodat de hitte sneller afgevoerd kan worden.

Wanneer de lichaamstemperatuur boven de 41 graden stijgt, dan maakt het niet uit wat je doet: als je de hond maar zo snel mogelijk afkoelt!

 

TIPS OM OVERVERHITTING TE VOORKOMEN!!

Als baasje kun je voorkomen dat je hond oververhit raakt door een aantal dingen te doen of laten.
1. Laat je hond niet achter in de auto ( ook niet heel eventjes)
2. Doe jullie activiteiten vroeg in de ochtend of laat in de avond
3. Pas de soort activiteiten aan aan de temperatuur
4. Vermijd asfalt, betonnen tegels,  zand – en off road paden in de volle zon
5. Kam je hond regelmatig om dode haren uit z’n vacht te verwijderen voor meer lucht tussen de haren (isolatie)
6. Geef je hond voldoende water en koel de pootjes af in een laagje water
7. Beter in je koele huis als buiten in de schaduw
8. Zorg ervoor dat je hond kan hijgen
9. Het koelvest tijdens of na een korte wandeling ter bevordering van het afkoelen

 

 

 

 

 

 

 

 

 


c
cc

1.Laat je hond niet achter in de auto ook al heb je een raampje openstaan.
Al binnen tien minuten stijgt de temperatuur in je auto met zo’n tien graden. Is het buiten 21 graden, dan is het na 10 minuten al 31 graden in je auto. Na een half uur zelfs al 40 graden. In het Social Experiment op YouTube kun je zien wat er gebeurt als mensen gevraagd wordt om 10 minuten in een auto te gaan zitten in de zomerse zon. Geen enkele proefpersoon heeft die 10 minuten gered.

2. Doe jullie activiteiten vroeg in de ochtend of laat in de avond als de temperatuur van die dag op z’n laagst is.
Laat in de middag doen we een klein blokje voor het nodige plaswerk, maar onze hond geeft vaak al na 5 tot 10 minuten aan dat hij terug naar z’n koele huis wil. Zo vroeg in de ochtend actief zijn levert ook nog eens hele mooie momenten op:)


3. Pas de soort activiteiten aan aan de temperatuur.
 Liever een relaxte kleine 5km vroeg in de ochtend dan een lange duurloop van 20km.
Honden doen ontzettend graag hun best voor hun baasje. Ze gaan daarbij vaak ver over hun eigen grenzen. Help je hond bij het creëren van een een zo prikkelarm mogelijke omgeving waarin hij lekker duf kan blijven liggen.  Probeer niet met je hond te lang te ballen in de zon of wild te laten spelen met andere viervoeters.


4. Vermijd op warme dagen het asfalt, betonnen tegels, opgewarmde zand – en bospaden in open terrein
. Twijfel je of het te heet is voor de pootjes van je hond? Plaats 5 seconden lang de rug van je hand of blote voet op het oppervlak. Is het te warm voor jou? Dan zeker voor je hond!
Ga niet fietsen, wandelen op het heetst van de dag tussen 12:00 en 15:00 uur. Verplaats jullie uitje naar een ander moment van de dag 🙂
Meer hierover lezen? Kijk eens op de website van rsdrnederland.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

5. Kam je hond regelmatig om dode haren uit z’n vacht te verwijderen voor meer lucht tussen de haren en een betere isolerende werking van de vacht. “Baasjes denken vaak dat honden het heel warm hebben met hun dikke lange pels en willen hun hond hiervan verlossen door ze te scheren of te laten knippen. Integendeel, kort geschoren honden hebben het zelfs warmer en kunnen zelfs verbranden. Op de foto zie je een hond die half geschoren is en half normaal behandeld. Zoals gemeten met de infrarood warmtemeter, zie je dat het geschoren stuk beduidend warmer wordt dan het niet geschoren stuk. Daardoor is het niet slim om je hond te scheren. Ze kunnen het er zelfs nog warmer van krijgen, verbranden en zelfs mogelijkheid om huidkanker te krijgen. Honden hebben er dus helemaal geen baat bij geschoren te worden in de zomer. Wat beschermt tegen koude, beschermt ook tegen de warmte en omgekeerd.”  – citaat en foto is van website ‘dierenhoekske”.

Realiseer je dat een hond met een dunne vacht in de zon kan verbranden. Net als bij mensen kunnen honden een verbrande rode huid krijgen en er vervolgens erg veel last van hebben. Let vooral op bij honden die net geknipt of geplukt zijn. Bij deze honden is de huid niet gewend aan veel zonlicht waardoor de hond dus eerder zal verbranden.
Klik hier voor meer info over vachtverzorging bij deze hitte .

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

c
6. Geef je hond voldoende water en als het kan laat ‘m lekker met de pootjes afkoelen in een laagje water.
Op jullie wandeling in de ochtend of avond neem je extra water mee en/of heb je een extra fles met water in de auto voor na afloop. Het water niet ijskoud geven, want net als bij mensen kan dat diarree tot gevolg hebben. Geef door de dag regelmatig vers water…dat vinden wij zelf toch ook lekkerder?!
Is er een poeltje water in de buurt waarin je hond met z’n pootjes kan staan dan geeft dat wat extra verkoeling. Maar let wel op dat het stilstaande water onderweg niet besmet is met allerlei bacteriën waar je hond ziek van kan worden.

Zwemmen is prima ter afkoeling, maar zorg na afloop dat je hond goed opdroogt en niet te lang in de volle zon blijft staan. Kortharige honden kunnen door een te natte vacht sneller verbranden en bij langharige honden en honden met een dikke vacht kan de huid zelfs gaan broeien (vachtbroei), waardoor smetplekken kunnen ontstaan. Voor meer info: het verschijnsel vachtbroei

Wanneer het gedurende wat langere tijd warm weer is, bestaat er een grote kans op botulisme in stilstaand water. Hier kunnen honden ook ziek van worden. Laat je hond dus zwemmen in schoon, stromend water. Meer info over dit onderwerp vind je in de blog Water en Honden .

 

7. Beter in je koele huis als buiten in de warme schaduw?  Bij hoge temperaturen is het overdag binnen dankzij de nodige maatregelen koeler als buiten in de schaduw. Zet vroeg in de ochtend alle ramen en deuren tegen elkaar open om de warmte uit het huis te laten. Daarna gaat bij ons alles dicht. De ramen, de sunscreens en de gordijnen om de zon buiten te houden. Onze ventilators boven en beneden gaan aan en we maken onze eigen airconditioner met een aantal flessen bevroren water voor de ventilator. Lees op deze site hoe je je huis koel kunt houden.

De temperatuur binnen is bij ons dan ongeveer 26 graden, terwijl het buiten in de schaduw bijvoorbeeld 34 graden is.

 

8. Zorg ervoor dat je hond kan hijgen
Je hond hijgt om z’n warmte kwijt te kunnen net zoals de mens dat doet via zweten. Er zijn honden die het prettig vinden om een balletje in de bek te houden, maar tijdens jullie wandeling op het heetst van de dag kan dat zelfs gevaarlijk zijn. Omdat je hond al iets in de bek heeft zal hij nauwelijks hijgen en kan hij dus niet z’n warmte kwijt. Een zeer gevaarlijke situatie ontstaat zo voor je hond,…dus als het even kan, laat die bal thuis. Zijn jullie gewend om wandelen/ sporten met een snoetband (Gentle Leader), of draagt je hond een muilkorf, realiseer je dan dat de hond waarschijnlijk minder goed kan hijgen en dus veel slechter zijn warmte kwijt kan dan normaal.

9. Het koelvest ter bevordering van het afkoelen
Voor onze hond hebben we niet een koelmat maar een koelvest gekocht van een merk dat verkoelende producten verkoopt voor zowel mensen als dieren. Ik ben hier nogal sceptisch over want algemeen is het bekend dat als je een hond wil afkoelen je dat doet door water of in het extreemste geval puur alcohol te deppen in de oksels, onderbuik en voetzolen.  Mijn hond Quasar draagt het Aqua Cooling jacket. Wat mij het meeste aan dit product opvalt is het feit dat je het vest ‘droog’ aandoet bij je hond.  Voordat je het vest kunt gebruiken maak je het ongeveer 30 seconden nat en laat je het vervolgens een paar uur drogen zodat de verkoelende gelkristallen het vocht volledig kunnen absorberen. Op hun website staat: “De gelkristallen -HyperKewl ™ – gebruiken polymeer om snel water te absorberen. De chemische reactie creëert een langdurig koeleffect door verdamping van het water. Gebruikers  kunnen een koeleffect verwachten dat 6 tot 9 graden lager is dan de omgevingstemperatuur. De exacte temperatuur is afhankelijk van diverse omgevingsvariabelen zoals vochtigheid, luchtstroming en dergelijke. Let erop dat zeer hoge luchtvochtigheid van meer dan 90% de eigenschappen van het materiaal sterk zal verminderen en dat HyperKewl ™ producten alleen dan nog zullen werken bij voldoende luchtstroming.”

Tijdens de warme dagen wil mijn hond al na 5 minuten weer terug. Bij het dragen van een koelvest valt in eerste instantie meteen op dat hij minder aan het hijgen is, tijdens de wandeling alerter om zich heen snuffelt en dat we pas na 20 minuten weer terug zijn. Binnen in de koelte van het huis doen we het koelvest niet aan en valt op dat hij ook veel minder aan het hijgen is.

Het koelvest beschouw ik als een mooie aanvulling op wat we al doen bij extreem warm weer. Maar wat mij betreft hoeft het niet langer als 30 minuten en het liefst onder mijn toeziend oog na een inspanning om het verkoelingsproces extra te ondersteunen. Link naar de Review van het baasje van Thor op de foto met het cooling jacket aan.

10. Een aantal tips van anderen:
* Maak zelf een hondenijsje en geef met mate om maagdarmklachten te voorkomen. En geef het ijsje niet meteen aan je hond: je hond kan met zijn lippen of tong aan het ijsje blijven plakken. Laat het ijsje even staan of spoel het ijsje af onder de kraan. Een aantal do’s en don’ts over hondenijsjes vind je in dit artikel. 
* Goed laten drinken. Als ze slecht drinken maak dan een een soort vissoepje van bijvoorbeeld Icepaw of een koolvisje, voeg eventueel karnemelk aan het drinkwater toe of maak een kippensoepje.
* Mocht je nog wat meer willen weten, lees dan dit artikel op FB over het sporten met honden in warme omstandigheden

 

TOT SLOT; wetenschappelijke studie naar zonnesteek en hitteberoerte bij honden
Op 18 juni 2020 presenteerden Dr. Anne J. Carter en Emily J. Hall de allerlaatste resultaten van hun wetenschappelijke studie naar zonnesteek/ hitteberoerte bij honden. Gewoon sporten of spelen bij warmer weer kan ook leiden tot een zonnesteek in verrassend korte tijd, slechts tien minuten lopen kan al te veel zijn. Honden die werken of concurreren in warme omstandigheden lopen ook risico, dus het is essentieel om ervoor te zorgen dat ze koel blijven. Opvallend detail in hun onderzoek is dat een getrainde hond beter in staat is om om te gaan met de warmte als een hond die bijvoorbeeld drie weken uit de roulatie is vanwege een blessure. Oude honden en jonge pups kunnen hun lichaamstemperatuur ook niet zo goed regelen. Het handhaven van een gezond lichaamsgewicht moet worden beschouwd als een belangrijk managementinstrument om het HRI-risico te beperken.

Er zijn honden die vanwege hun fysieke kenmerken meer risico lopen op een zonnesteek. In het onderzoek ontdekten ze dat met name negen rassen een significant hoger risico op een zonnesteek hebben in vergelijking met bijvoorbeeld een kruising zoals labrador retrievers:

  • De meeste rassen met een hoger risico op een zonnesteek zijn brachycephalic (platte gezichten). In feite hebben brachycephalische honden tweemaal de kans op een zonnesteek dan honden met een gemiddelde snuit (zoals labradors). Brachycephalic honden hebben meer kans om oververhit te raken omdat ze vaak al moeite hebben om te ademen, zelfs in rust. Effectief hijgen is essentieel voor verkoeling, aangezien honden niet kunnen zweten zoals mensen.
  • De chow-chows en golden retrievers hebben een verhoogd risico op een zonnesteek vanwege hun dikke “dubbele jassen”. Een dikke vacht dient als isolatie, houdt hete lucht vast en beperkt warmteverlies als de hond oververhit raakt. Het is voor deze honden alsof ze tijdens een hittegolf een thermische jas dragen.
  • Reuen en honden met een donkere vacht worden ook warmer bij warm weer.
  • Raszuivere honden hebben in vergelijking met kruisingen twee keer meer kans op een zonnesteek
  • Zware honden en honden met overgewicht vertonen ook een verhoogd risico op een zonnesteek. Belangrijk is dat deze groep zowel honden met obesitas omvat als honden die groot of gespierd zijn. Grote honden hebben over het algemeen meer kans op een zonnesteek dan honden onder de 10 kg, terwijl honden van gigantische rassen (met een gewicht van meer dan 50 kg) driemaal meer kans hadden op een zonnesteek.
  • Honden ouder dan twee jaar lopen ook een groter risico, waarbij oudere honden (ouder dan 12 jaar) de meeste kans kregen op een zonnesteek. Dit komt omdat jongere honden mogelijk actiever zijn, terwijl oudere honden met verminderde cardiovasculaire en ademhalingsfunctie moeite hebben om overtollige warmte zo efficiënt mogelijk te kunnen verliezen.

c

 

 

P.S. Een goed getrainde hond moet aan het begin van de zomerse periode net als wij wennen aan die warmte. Zo’n acclimatiseringsproces verschilt per hond van 7 á 9 dagen tot 3 á 4 weken. 

 

Succes met alle tips…en als je zelf nog een tip hebt, laat het ons dan weten met een mailtje naar canitrailnl@gmail.com

 

 

Water en Honden; waar moet je op letten

Mijn Hond Quasar is een echte waterrat…overal vindt hij wel een plasje om in te kunnen duiken. Of er dan veel of weinig modder in zit…het maakt hem niets uit. Regelmatig heb ik na afloop van onze canitrail of caniwalk een witte herder met zwarte sokjes, buik en kop. Maar in de zomerperiode ben ik daar extra voorzichtig mee.
c

Water tijdens een Canitrail is essentieel voor zowel de hond als de mens. Een hond drinkt gemiddeld 50-60 ml water per kilogram lichaamsgewicht per dag. Maar niet alle water is geschikt voor je hond. Er is namelijk een duidelijk verschil tussen stilstaand water en stromend water. En er is een belangrijk verschil tussen water in de winter en water in de zomer. Ook de temperatuur van het water is van invloed; honden hebben vaak een voorkeur voor water op kamertemperatuur. Van te veel water ineens en te koud water drinken kan een hond diarree of maagproblemen krijgen. Dus idealiter geef je je hond kleine hoeveelheden lauw water.

c
Opvouwbare Waterbak of Drinkslang
Om water te kunnen drinken vouwt een hond zijn tong om tot een soort lepeltje waarmee hij het water naar binnen schuift. Het water dat je in een opvouwbaar bakje doet kan je hond dan ook op natuurlijke wijze naar binnen schuiven. In je racevest kun je in een waterzak van 1,5 liter of 2 liter veel water meenemen, maar het drinken uit zo’n waterslang vraagt de nodige oefening voor je hond. Het water komt via het waterslangetje rechtstreeks in z’n keel en vaak ook met de nodige druk. Veel honden hebben hier moeite mee omdat het een niet natuurlijke manier van drinken is. Veel honden heb ik zien kokhalzen omdat ze het water zoals die op deze manier wordt toegediend niet goed kunnen wegkrijgen.
c


Kraanwater;
Niet alle honden vinden kraanwater lekker om te drinken. Het is heel goed mogelijk dat dat komt omdat ze het chloor dat aan kraanwater is toegevoegd om het voor ons mensen veilig te maken kunnen ruiken. Maar ook omdat het kraanwater niet op kamertemperatuur is en dus te koud is om te drinken. Mocht je onderweg in de natuur of op een terrasje een buitenkraan tegenkomen laat dan in eerste instantie de kraan eerst even een minuut goed doorlopen. Zo voorkom je dat je hond oud stilstaand water binnenkrijgt. Vooral in de zomer kan de watertemperatuur oplopen tot 30-40 graden.
c

Mineraalwater is het alternatief voor de honden op plekken waar geen goed kraanwater  en/of natuurlijk water te vinden is. Flessenwater bevat meestal minder mineralen dan leidingwater, dus is het wel beter voor je hond. Er is dus geen probleem dat honden mineraalwater drinken om te hydrateren.

Veel mensen die in gebieden wonen waar kraanwater van slechte kwaliteit is, geven hun huisdieren mineraalwater. Het mag dan wel duurder zijn, maar op deze manier kunnen nierziekten en andere soortgelijke problemen effectiever worden vermeden.
c

Regenwater – mijn hond is er dol op. Hij geeft er zelfs de voorkeur aan boven vers kraanwater. Over het algemeen zal je hond niet snel ziek worden van regenwater. Hun immuunsysteem is gewend geraakt aan het drinken en eten van minder hygiënische dingen, en hun maagzuur is sterker waardoor er minder schadelijke bacteriën overleven.  De locatie van de plas heeft wel een grote invloed op de mogelijke gevaren die deze met zich meebrengt voor je hond. Plassen op de stoep die vrij zijn van strooisels, dierlijke uitwerpselen, urine en verontreinigingen zoals motorolie vormen geen enkel gevaar voor honden. Plassen in parkeergarages kunnen verontreinigd zijn met motorolie en benzine of diesel van voertuigen. Als een hond of ander dier met een ziekte zoals leptospirose in de plas heeft geplast, loopt je​​ hond het risico diezelfde ziekte op te lopen.

Regenwater is in principe veilig voor honden om te drinken, mits de waterplas niet langer dan een paar dagen oud is.  Water dat stilstaat kan worden vervuild door allerlei bacteriën en parasieten van wilde dieren en hoe langer het water stilstaat hoe groter dit risico is.

Stilstaand water
Water dat beweegt, zoals beken en rivieren, bieden meestal geen goede omgeving voor bacterievorming. Aan stilstaand water, groot of klein, kleeft altijd een groot risico! Als water warm wordt, vermeerderen eventuele schadelijke bacteriën zich. Voor honden met een verzwakt immuunsysteem of hele jonge honden kan dat ernstige gevolgen hebben.

In Nederland ligt een groot netwerk aan sloten: maar liefst 330.000 kilometer. De kwaliteit van het water in veel sloten is slecht volgens een onderzoek van het NIOO tijdens de jaarlijkse slootjesdagen half juni. De vervuiling in het water komt onder meer door mest, bestrijdingsmiddelen, rioolwater en medicijnresten. De waterkwaliteit bleek het minste in Midden-Nederland. Toch vonden de deelnemers aan de slootjesdagen ook daar fraaie slootjes, met watertorren en salamanders. Slootjes zijn heel divers, en daardoor kunnen er vlak bij elkaar in de buurt grote verschillen in kwaliteit zijn. De resultaten van de slootjesdagen kun je terugvinden op de website van het NIOO.

Met name ondiep stilstaand zuurstofarm water dat in de zomer al snel warmer wordt als 20 graden Celsius is een plek waarin bacteriën en parasieten zich snel vermenigvuldigen.  Wat kun je zoal in stilstaand water verwachten: 

a.Botulisme is een ziekte die veroorzaakt wordt door de bacterie Clostridium botulinum, die gifstoffen (toxinen) afgeeft die verlammingen kunnen veroorzaken. Deze bacterie komt bij hoge watertemperaturen (watertemperatuur 20-25 graden Celsius) met weinig zuurstof voor en maakt vooral (water-)vogels en vissen tot slachtoffer. Deze kadavers kunnen hoge hoeveelheden toxinen bevatten. Door het opeten van deze besmette kadavers kunnen honden zéér ernstig ziek worden.

Botulisme kenmerkt zich door verlamming, de hond krijgt spierzwakte en voelt zich niet lekker. Hij zal stoppen met eten en het slikken wordt steeds moeilijker; uiteindelijk zal ademhalen ook steeds moeizamer gaan, omdat de ademhalingsspieren verlammen.
c

b.Blauwalg komt voor in stilstaand zoet en zout water met veel fosfor en stikstof dat in de zomerperiode vaak wat blauwig uitziet. Niet alle blauwalg is giftig. De bacteriën die dit veroorzaken produceren giftige stoffen die vooral het zenuwstelsel en de lever aantasten. Allerlei dieren kunnen hierdoor vergiftigd worden, zoals honden, katten maar ook vogels, vissen en vee. Als water met blauwalg opwarmt naar 20-30 graden vertonen ze een optimale groei.
Drinken van dit water of erin zwemmen kan bij leververgiftiging verschijnselen geven als braken, diarree, zwakte, shock, geelzucht en zelfs overlijden. Zenuwgiffen veroorzaken trillingen, sloomheid, toevallen, moeilijk ademen, blauwkleurende slijmvliezen en uiteindelijk mogelijk ook overlijden. Minder giftig blauwalg zal braken en diarree veroorzaken. Meestal is dit goed te behandelen en de dieren kunnen volledig herstellen.
c

c.Leptospirose, oftewel de ziekte van Weil, is een infectieziekte die wordt veroorzaakt door Leptospira bacteriën. De bacterie komt via de urine van een besmet dier in stilstaand water terecht en vervolgens kunnen andere dieren besmet raken wanneer zij in dit water zwemmen.
Bij een besmetting vermenigvuldigen deze bacteriën zich in het bloed en veroorzaken bloedingen. De bacteriën gaan zich nestelen in organen (meestal nieren en lever), die daardoor slechter gaan functioneren. Bij de ernstige vorm kunnen de volgende symptomen optreden: maag-darmontsteking met braken en diarree (die bloederig kan zijn), geelzucht (oranje gele verkleuring van de slijmvliezen als gevolg van een verminderde leverfunctie), ernstige uitdroging, donkere urine en lusteloosheid. Enting biedt goede bescherming tegen deze ziekte.
c

d. Giardia is een eencellige parasiet (protozo) die wordt overgedragen via de ontlasting van geïnfecteerde dieren. Het zijn niet alleen honden die de Giardia-parasiet dragen. Uitwerpselen van knaagdieren, eekhoorns, katten, herten, bevers en vele anderen kunnen allemaal Giardia parasieten bevatten.
Veel voorkomende symptomen van een Giardia–infectie zijn maagklachten, braken, diarree, gebrek aan eetlust, gewichtsverlies en winderigheid.

Zout zeewater, natuurlijk heerlijk om op een warme zomerdag met de hond langs het strand te lopen en te genieten van je naar golven happende hond. Maar laat je hond geen zeewater binnen krijgen want dit zoute water is enerzijds te koud en anderzijds kan het uitdroging veroorzaken.
Zout heeft een irriterende werking op het slijmvlies van het maag-darmkanaal, met niet willen eten, braken en diarree als gevolg. De maag-darm klachten kunnen leiden tot uitdroging, te laag suikergehalte in het bloed en mogelijk zelfs tot een shock. Ook kunnen er klachten met betrekking tot het zenuwstelsel ontstaan: de hond wordt rusteloos, prikkelbaar en kan zelfs spiertrekkingen, toevallen of een sterk verhoogde lichaamstemperatuur krijgen. Uiteindelijk kan de hond in coma raken en overlijden.


Waterfilter
Welke maatregelen kun je nemen om te voorkomen dat mogelijke ziekteverwekkers in drinkwater, zoals virussen, bacteriën en protozoa, jullie lange canitrail bederven?
Natuurlijk kun je drie liter water meenemen in je rugzak voor jezelf en je hond en/of je hond zelf ook water laten dragen in z’n eigen rugzak. Maar wat als je daar niet voldoende aan hebt? Je kunt ervoor kiezen om een speciale waterfilter mee te nemen om water te zuiveren uit de natuurlijke zoetwater bronnen die je onderweg tegenkomt. Afhankelijk van jullie behoefte is de waterfilter op basis van actieve kool de beste om alle chemicaliën, bacteriën, virussen, pesticiden en zware metalen uit het water te filteren. Waterzuiveringstabletten op basis van chloor zijn voor licht vervuild niet troebel water ook uiterst effectief.
c

Zwemmen in stilstaan water
Tot slot is het in het voorjaar en in de zomer natuurlijk heerlijk om je hond te laten afkoelen door ze te laten zwemmen. Het kan helaas wel gevaarlijk zijn om in stilstaand water te zwemmen. Honden zwemmen vaak met de bek open en drinken van het water; ze zijn op die manier extra gevoelig voor vergiftigingen zoals die boven genoemd zijn.

Bij voorkeur laat je je hond zwemmen in stromend water of laat je ze afkoelen door met de pootjes in een stromend beekje te laten staan. Of je kijkt op de website www.zwemwater.nl waar een complete lijst met gecontroleerde zwemlocaties in Nederland te vinden is. Meestal staat hierop ook aangegeven of honden zijn toegestaan.


Symptomen na het drinken
Als je hond symptomen begint te vertonen na het drinken uit plassen of vijvers, kun je hem het beste laten nakijken door een dierenarts. Symptomen waar je op moet letten zijn:

  • Braken
  • Diarree (soms bloederig of stinkend)
  • Lethargie
  • Spierzwakte
  • Buikpijn
  • Gebrek aan eetlust
  • Gewichtsverlies
  • Ademhalingsproblemen
  • Evenwicht -of coördinatieproblemen
  • Epileptische aanvallen
  • Pijn (vaak een gebolde rug)

Over het algemeen hebben honden slechts milde symptomen, maar elke hond kan ernstigere complicaties krijgen. Puppy’s, drachtige honden, honden met onderliggende gezondheidsproblemen en oudere honden lopen allemaal een groter risico op ernstige symptomen.
c

Tot Slot
Overal waar je naar toe gaat met de hond is het goed om je te beseffen wat de gevaren voor je hond zijn. Drinkt je volwassen super gezonde hond af en toe uit een ondiepe plas en heeft hij de dag erna wat last van diarree, dan is het goed om je hond in de gaten te houden en vooral veel ‘vers’ water aan te bieden om uitdroging te voorkomen. Houden de klachten aan dan ga je natuurlijk meteen naar de dierenarts om erger te voorkomen.    

Neem ten alle tijde voldoende water mee. In de zomermaanden misschien wel meer als in de wintermaanden. Als je je hond van pup af aan laat wennen aan het drinken uit een opvouwbare drinkbak, heb je daar later tijdens jullie langere Canitrails heel veel plezier van:)

 

De Snuffeltrail – welkom in de wereld van je hond :)

DE SNUFFELTRAIL 

Tijdens de warmere zomerperiode van het jaar zie je mij en mijn hond Quasar minder hardlopen om oververhitting te voorkomen.  Om te voorkomen dat hij te weinig beweging krijgt en zich misschien zou gaan vervelen heb ik de “Snuffeltrail” doelbewust in onze trainingen geïntroduceerd. Dankzij onze Snuffeltrails heb ik zijn zelfvertrouwen zien groeien en is ook onze onderlinge band sterker geworden. Ten tijde van de loopsheid van mijn andere hond kan hij tijdens onze Snuffeltrails echt z’n koppie en stress-emmertje helemaal leegmaken.

Voldoende beweging voor een mentaal en fysiek gezonde hond
Een hond heeft dagelijks voldoende beweging nodig om gezond en gelukkig te zijn. Krijgt hij te weinig fysieke beweging en wordt hij ook mentaal niet uitgedaagd dan kan de hond uit verveling of frustratie het hele huis overhoop halen, de meubels vernielen of dwangmatig aan z’n poot likken/ bijten. Een hond die zijn energie niet kwijt kan, voelt zich ongelukkig.

Voldoende beweging is belangrijk voor alle leeftijden wat leidt tot een gezond, sterk en belastbaar bewegingsapparaat. De dosering van beweging en de mate van belastbaarheid in de groeifase van pup naar volwassen hond, is een belangrijke factor in de ontwikkeling van een gezond bewegingsapparaat van de hond. In deze fase moeten groei en belasting met elkaar in balans zijn.
Maar ook voor de ouder wordende hond is beweging belangrijk . Een (oudere) hond die te weinig beweegt verliest de kracht en soepelheid van zijn bewegingsapparaat.

Het belangrijkste orgaan van de hond: DE NEUS
Honden nemen de wereld op een totaal andere manier waar als dat wij mensen dat doen. De mens leert de wereld kennen vooral door wat we zien en horen. Voor honden daarentegen bestaat de wereld voornamelijk uit geur. Dat is ook niet zo gek als je bedenkt dat de neus het belangrijkste meest gevoelige orgaan van de hond is. Een hond kan 100.000 keer beter kan ruiken dan de mens!

In zijn neus zitten tussen de 125 en 300 miljoen reukcellen. De mens heeft slechts 5 miljoen reukcellen. Er zijn wel 1000 verschillende geurreceptorgenen bekend bij de hond (vergeleken met ongeveer 350 bij de mens). Door het uitgebreide assortiment aan geurreceptoren van de hond, ruiken wij mensen erwtensoep, maar een hond ruikt alle afzonderlijke ingrediënten!
Het is belangrijk dat je je dus bewust bent van het feit dat geur ontzettend belangrijk is voor je hond.

Snuffelen is een mentale uitdaging
Een hond die de tijd krijgt om te kunnen snuffelen vertoont in feite gewoon natuurlijk hondengedrag. Vooral het geven van voldoende tijd om de geur in z’n geheel op te kunnen nemen is daarbij van groot belang en heeft een enorm positieve invloed op het welzijn van je hond. Honden kunnen stereo ruiken, door de verschillen in de rechter en linker neusholte, en hebben de tijd nodig om alle differentiaties aan geuren in zich op te nemen en te verwerken in hun hersenen.  Het gedeelte van de hersenen dat zich bezighoudt met geur is bij honden 10% van de hersenen, terwijl dit bij mensen slechts 1% van de hersenen is.

Henriette Jordens schrijft op haar website over de vele voordelen van het ‘snuffelen’ voor de hond:
“Snuffelen stimuleert de hersenen, het laat de hond nadenken en bedenken over wat hij ruikt, en onderzoeken waar de geur vandaan komt. Daarmee is het een geweldige mentale uitdaging. Dit is minstens net zo belangrijk als fysieke uitdaging.”

Monique Bladder, hondengedrag specialiste, legt op haar website uit waarom snuffelen zo’n grote invloed heeft op het gedrag van de hond.  “Ruiken, snuffelen is voor de hond de belangrijkste manier om informatie te verzamelen over zijn omgeving. En die informatie bepaalt voor een deel zijn gedrag….. Als eigenaren ontnemen we onze hond vaak de kans om die informatie op te doen. Omdat we snel ergens moeten zijn en dus de tijd niet hebben om te blijven staan. Of omdat we vinden dat de hond niet mag snuffelen “omdat hij dan de leiding heeft”. Of gewoon omdat we het irritant vinden. We laten de hond “volgen”, lokken hem mee of in het slechtste geval trekken we hem mee… Voor alle honden, maar zeker voor reactieve honden, is het erg belangrijk dat ze kunnen snuffelen en op die manier informatie kunnen verzamelen over hun omgeving. Daardoor kunnen ze een betere afweging maken en zullen ze minder snel explosief reageren. Omdat ze beter kunnen bepalen of het echt een bedreiging is of niet. Je kunt als eigenaar de keuze maken om je hond tijdens een wandeling wat vaker informatie te laten verzamelen.”

Waarom De Snuffeltrail
Het is belangrijk dat je hond de ruimte en tijd krijgt om geuren voldoende te kunnen onderzoeken. Daardoor leert de hond de wereld om zich heen beter begrijpen en neemt z’n zelfvertrouwen toe. Door je hond te laten snuffelen, en vooral ook ‘uit te laten snuffelen’ kan hij ontspannen en z’n zogeheten “stress-emmertje” leeg maken. Sommige honden moeten echt weer opnieuw leren snuffelen omdat ze altijd worden meegetrokken.

Tijdens de Snuffeltrail word je uitgenodigd om meer mee te gaan in de wereld van je hond door hem ruim de gelegenheid te geven om te snuffelen. Hierdoor krijgt hij voldoende tijd om in alle rust alle informatie in zich op te snuiven, om alles op zich in te laten werken en alle tijd heeft om de geur via de receptoren in de hersenen te laten komen. Als de hond de mogelijkheid krijgt om genoeg te snuffelen, geeft dat de hond een voldaan gevoel. Het voldane gevoel zorgt ervoor dat je hond na de Snuffeltrail in een rustige ontspannen gemoedstoestand verkeert.

De Snuffeltrail is een uitnodiging om mee te gaan in de wereld van je hond !
– De Snuffeltrail is een wandeling voor jonge honden, senior honden, honden die terugkomen van een blessure …eigenlijk alle honden.
– Afhankelijk van de leeftijd en fysieke getraindheid van je hond kies je voor een 30 minuten of 60 minuten Snuffeltrail.
– Kies een rustige plek waar jullie ongestoord kunnen wandelen. Dat kan in de natuur zijn, een park of gewoon bij jullie in de buurt.
– Honden dragen een harnas die hun niet in hun bewegingen belemmerd aan een lange lijn; liefst een lichte biothane lijn van 5 of 10 meter .
– Tijdens de Snuffeltrail ben je gericht op het observeren van je hond en volg je volledig het tempo van je hond; je trekt je hond niet mee omdat je ‘verder wil’.

Het kan zijn dat je hond wel 5 tot 10 minuten op 1 plekje blijft “hangen”. Tijdens jullie Snuffeltrail is dat geen enkel probleem. Stel zelf dus ook je verwachtingen bij, want het kan zijn dat je 1 km in ruim 30 minuten doet. Zet je telefoon uit, houd je aandacht bij je hond en neem zelf ook alle tijd…niets hoeft, alles mag.

Veel mensen voelen zich na een Snuffeltrail net zo opgefrist en “Zen” als de hond zelf.


De begeleidde Snuffeltrail
Het lijkt je erg leuk om dit samen met je hond te doen, maar je weet niet precies hoe je dit het beste kunt doen. Of waar je op moet letten om deze wandeling tot een succes te maken voor jou en je hond.  Ik begeleid hond en baasje, laat ze kennis maken met de geheimen van De Snuffeltrail en vertel onderweg waar jullie specifiek als team op moeten letten.  Ik heb altijd leenharnassen en lange biothane lijnen bij me voor het geval jullie zelf nog geen materiaal hebben. Zelf wat lekkere voertjes meenemen kan helpen om bij sommige lastige momenten je hond te begeleiden.

Mocht je zelf niet in de gelegenheid zijn om met je hond samen een Snuffeltrail te doen, maar wil je je hond wel een bijzondere wandeling cadeau doen?
Dat kan…Ik haal je hond op en ga met hem of haar op Snuffeltrail-avontuur bij jullie in de buurt lopen, mits jullie binnen een reisafstand van 20 minuten vanaf postcode 6891 wonen.

We lopen o.a. in het gebied bij Kasteel Rozendaal, Beekhuizerbossen Velp, Landgoed Heuven Rheden en Middachterbossen bij De Steeg.
Wil je in een ander gebied bij jullie in de buurt lopen mits dit niet verder rijden is als 30 minuten vanaf de postcode 6891, dan worden er extra reiskosten in rekening gebracht.
d

Boeken Snuffeltrail 30 minuten of 60 minuten
Stuur een mailtje naar canitrailnl@gmail.com om een leerzame en heel persoonlijke Snuffeltrail van 30 minuten of 60 minuten in te plannen.

Kosten Snuffeltrail hond en baas:
30 minuten: €15,00
60 minuten: €25,00
Prijzen zijn inclusief BTW exclusief eventuele extra reiskosten

Kosten Snuffeltrail-cadeau voor de hond:
30 minuten: €25,00
60 minuten: €35,00
Prijzen zijn inclusief BTW exclusief eventuele extra reiskosten

Een impressie van een van onze Snuffeltrails:)

Dag 13 Augustus Challenge….heb je even de tijd? Voor wie nieuwsgierig is naar hoe een Snuffeltrail eruit ziet deze extra lange editie?? Onderweg volop genieten van de natuur om me heen (2 zwijntjes, 1 ree, tig Schotse Hooglanders), de rust en de ruimte ❤️Ik zie Quasar allerlei dingen denken, ontdekken en doen…en geniet daar nog het meest van?? Zien jullie het ook?!??? @Bewegen is HET antwoord op het coronavirus ❤️?#canitrailen #canitrailnl #snuffeltrail #besttrailbuddyever #coast2coastcanitrail #voorbereidingen #augustuschallenge #bewegenishetantwoordophetcoronavirus #lekkerbuitenbewegen #neewadogsports #runwithpride

Geplaatst door Dorethea Bil op Donderdag 13 augustus 2020

Zwijnen en Honden; waar moet je op letten

Regelmatig komen wij tijdens het Canitrailen zwijnen tegen. Momenteel zelfs heel veel met kleintjes erbij. In de loop der jaren weet ik waar ik op moet letten en hoe te reageren op deze bijzondere bosbewoners. Maar ook honden reageren verschillend op zwart wild.
c
Vaak ruik ik de zwijnen al eerder dan als ik ze zie. De typische zure lucht herken ik uit duizenden. Bij Quasar zie ik altijd meteen dat er wild in de buurt is. Quasar reageert met name sterk op het wild zodra ze weg lopen. Blijven ze onbeweeglijk stil staan, doet hij er verder ook niets op uit. En bij Kaya herken ik de signalen nog niet goed genoeg omdat zij als jonge jager van krap 8 maanden reageert op muisjes, vogels, hommeltjes, vlinders, blaadjes … eigenlijk op alles wat beweegt.
c
Verder weet ik op de Veluwezoom de favoriete plekjes van de zwijnen met en zwijnen zonder kleintjes. Ook verse omgewoelde aarde, schuurplekken tegen bomen, diepe modderkuilen waarin ze liggen en slaapplekken tussen de varens zijn voor mij duidelijke signalen van zwijn-aanwezigheid. Daarbij maken zwijnen geen onderscheid in hondenlosloopgebied of stiltegebied. Het tijdstip maakt ook niet zoveel uit, want ik zie ze zowel overdag rond half twee als bij schemering. Maar ze zijn vooral tijdens de schemering en in de nachtelijke uren actief.
c
Weetjes over de wilde zwijnen
Wilde zwijnen leven in groepen, ook wel rotte genoemd, tot wel dertig dieren. Een rotte bestaat uit een aantal vrouwtjes en hun jongen van het eerste en het tweede jaar. Mannetjes leven vanaf hun derde levensjaar alleen. Wie op de wandelpaden blijft, zal zelden een ontmoeting hebben met wilde zwijnen.
c
Een mannetjes zwijn heet een beer, keiler of ever.
Een vrouwtjes zwijn wordt een zeug of bagge genoemd.
Jonge of eenjarige wilde zwijnen heten biggen of frislingen.
Tweejarige wilde zwijnen heten overlopers.
Keilers leven buiten de paringstijd meestal solitair. Onvolwassen mannetjes kunnen zich soms in los groepsverband ophouden.
c
Het zichtvermogen van het wild zwijn is relatief slecht; zo kunnen ze een mens niet herkennen als deze zich niet beweegt. Daarentegen is hun reuk- en tastzin zeer goed ontwikkeld, waardoor ze in bijvoorbeeld Frankrijk voor het zoeken naar truffels worden ingezet. Wilde zwijnen hebben ook een zeer fijn gehoor.
c
Wilde zwijnen zijn alleseters. Ze eten eikels, kastanjes, beukennootjes, wortels, knollen maar ook wormen, larven en zelfs knaagdieren en kadavers.
c
Wanneer moet je extra alert zijn?
Met hun vlijmscherpe slagtanden, hun plompe bouw met korte pootjes en een gewicht dat kan oplopen tot 160 kg ziet een wild zwijn er erg bedreigend uit. Maar vergis je niet in hun lompe uiterlijk…Trippelend op hun teentjes kunnen ze op topsnelheid net zo hard gaan als een kat. Zelfs het wilde zwijn verslaat Usain Bolt❤️
c
Een wild zwijn zal niet snel een mens of een hond aanvallen. Wilde zwijnen zijn rustige dieren, niet agressief en hebben meer angst voor de mens. De meeste wilde zwijnen vluchten weg als ze een hond of mens tegenkomen. Het gaat mis wanneer een wild zwijn niet meer kan vluchten en klem is gedreven door een hond. Dan kan het zwijn uit zelfbescherming de hond aanvallen.

In de volgende 4 situaties schuilt het meeste gevaar. Let goed op het gedrag van je hond. Zodra het jachtinstinct naar boven komt, moet je extra alert zijn en weten hoe te reageren.

Situatie 1: Je komt tussen een moederzwijn en haar biggen terecht.
Neem hier het luide puffen en het brommen of blazen van de zeug als waarschuwingssignaal uitermate serieus en houd onmiddellijk afstand.

Zorg dat je niet in de buurt komt van de zeug en zijn jongen. Een zeug zal met haar leven de jongen willen beschermen. In het verleden was dit de periode tussen februari en april echter recentelijk onderzoek heeft uitgewezen dat het gehele jaar door jongen worden geboren gezien de milde winters en het rijkelijke voedsel, vooral maïspercelen, dat voorhanden is.

Situatie 2: Het tweede gevaar zijn de gewonde wilde zwijnen. Dit zijn individuele wilde zwijnen die aangeschoten zijn door een jager of gewond zijn geraakt bij een auto ongeluk. Deze dieren zijn agressief en blijven aanvallen. Als je er. Gewond zwijn tegenkomt bedenk je dan geen moment maar bel gelijk de politie of boswachter.

Situatie 3: Het derde gevaar is het tijdsbestek dat de wilde zwijnen niet op je rekenen. Als de schemering intreedt en tijdens de nachtelijke uren tot 7 uur in de ochtend. Tijdens deze uren verwachten de wilde zwijnen niet dat ze in contact komen met mensen. Gebeurt dit wel kun je dezelfde reactie als bij mensen verwachten: De een valt onmiddellijk aan, de ander verschuilt zich.

Situatie 4: Het vierde gevaar zijn de dagen tijdens de droge warme zomermaanden. Deze dagen wordt doorgebracht op plekken waar voldoende dekking is en waar de dieren water hebben om in te zoelen. Dit soort plekken zijn vaak herkenbaar aan de lichte kleur van de opgedroogde modder en aan de plekken waar door het schuren met de slagtanden hars uit de boom naar buiten komt.
Het zoelen heeft twee redenen:
– Ten eerste kunnen de dieren niet zweten en dus is een verkoelend (modder-) bad geen overbodige luxe.
– Ten tweede worden door het nemen van modderbaden vlooien, luizen en teken verwijderd. Nadat de modder gedroogd is, zoekt het wilde zwijn een boom met een ruwe schors op en schuurt er met zijn flanken langs om de restanten van de opgedroogde modder te verwijderen.
c
Wat te doen bij een ontmoeting met een wild zwijn!
Wetende dat op de Veluwezoom wilde zwijnen verblijven, zul je bewuster een boswandeling moeten maken. M.a.w. goed luisteren wat er in je directe omgeving gebeurt.
* Zie je in de verte een wild zwijn draai dan gelijk om en loop in de richting waar je vandaan bent gekomen.
* Staat een wildzwijn plotseling voor je neus, sta onmiddellijk stil, blijf rustig en zorg ervoor dat je hond dichtbij je blijft staan. Het kan zo zijn dat het zwijn net zo snel weer vertrekt dan het gekomen is.
* Ga zeker niet het dier te lijf met een stok en laat al helemaal niet je hond los. Hoe meer je hond blaft hoe meer het zwijn zich in het nauw gedreven zal voelen. Het beste is dan om je hond aan te sporen om direct om te draaien of door te lopen. Houd het zwijn in de gaten en blijf alert. In het uiterste geval verschuil je je achter een boom.
* Verlaat de bospaden niet voor je eigen veiligheid. Als je op de bospaden blijft kunnen de wilde zwijnen je beter beoordelen en zien je dan als niet vijandig. Door op de bospaden te blijven verstoor je ook niet de leefruimte van de wilde zwijnen.

* Houd je hond ten alle tijde aangelijnd. Wordt je hond toch gebeten en of aangevallen door een wild zwijn ga direct naar een dierenarts gezien de mogelijke zeer gevaarlijke bacteriële besmetting van de wonden.
c

In de natuur pas je uit respect voor het wilde dier je gedrag aan, zodat je de wilde dieren niet opjaagt en in gevaar brengt. Je bent uiteindelijk te gast in hun woonkamer.

Hardlopen met je hond; een aantal tips voor beginners

Canicross (korte afstanden hardlopen met je hond op sprint snelheid) en Canitrail (lange afstanden hardlopen met je hond op duurloop tempo) wordt steeds populairder – hier lees je hoe je dat veilig en verantwoord kunt doen.

Door de lockdowns en de beperking van het menselijke fysieke contact is de vraag naar gezelschapsdieren enorm toegenomen. Vele gezinnen besloten tijdens de coronacrisis een huisdier aan te schaffen. Huisdieren geven steun en troost aan hun eigenaren in moeilijke tijden en door de coronacrisis kan er meer tijd met het huisdier worden doorgebracht. Vooral honden en katten hebben tijdens de pandemie voor de stijgende trend gezorgd: bijna 25% van de huishoudens heeft een kat en nog net geen 20% een hond. De hondenpopulatie is inmiddels gestegen naar 1,9 miljoen.
c

Hardlopen met de hond wordt steeds populairder en is tevens een goede manier om mens en hond in goede conditie te brengen en houden. Om op een veilige en vooral verantwoorde manier met je hond te hardlopen zijn er een aantal tips die we startende canicrossers en canitrailers willen meegeven.

 

De juiste uitrusting

Overweeg je om samen met je hond te gaan hardlopen, of misschien doe je dat al maar weet je niet zeker of je de juiste uitrusting daarvoor hebt, dan zijn er een paar dingen waar je absoluut op moet letten om ervoor te zorgen dat je hond zich vrij kan bewegen.
1

1.Het hondentuig/ harnas – bij voorkeur kiezen voor een specifiek sporttuig of tenminste een die ontworpen is om niet de loopbeweging van je hond te beperken. Hardlopen met een halsband om is niet wenselijk, want bij 91% van de honden met nekletsel is er een direct verband gevonden met het trekken aan de lijn. Nekletsel kan variëren tussen blauwe plekke en hoofdpijn tot een whiplash, een beschadigde luchtpijp of strottenhoofd of zelfs gebroken wervels. Bedenk dat een onverwachte ruk aan de lijn maar één keer hoeft te gebeuren en je hond kan ernstig nekletsel oplopen.

Wat de anatomie van de hond betreft, dienen de schouders van de hond bij een harnas vrij te zijn om de loopbeweging volledig te kunnen uitvoeren. Met andere woorden, wanneer de schouder van je hond naar voren en naar achteren zwaait, zorg er dan voor dat de schouder op geen enkele manier wordt beperkt (stel je voor dat je probeert in een lange, strakke rok te rennen of dat je armen aan de bovenkant van de schouder vast worden gehouden met een te strak elastiek) Dus elk harnas moet volledige bewegingsvrijheid toestaan ​​en niet over de schouders lopen.


1

Omdat er zoveel verschillende vormen en rassen van honden zijn, is het belangrijk om het juiste harnas te vinden die bij jouw hond past bij de activiteit die jullie samen willen gaan doen. Net als een paar juiste hardloopschoenen is ook dit echt maatwerk. Daarbij zijn er een aantal belangrijke criteria waar je op moet letten bij de aanschaf van een harnas:
a. De voorkant van het harnas mag niet boven het borstbeen uitkomen om te voorkomen dat de keel van de hond wordt dichtgeknepen
b. De schouderbladen moeten vrij zijn zodat de hond de loopbeweging volledig en vrij kan maken
c. Tussen oksel en harnas moet voldoende ruimte zijn voor drie tot vier vingers. Is de ruimte te klein dan schuurt het harnas in de oksels.
d. De achterste band mag niet voorbij de laatste rib komen, omdat het harnas anders in de maagstreek duwt.
e. De achterste banden waar de lus aan vastzit mogen bij een trektuig niet voorbij de staartaanzet komen.

Ga je hardlopen met een sterk trekkende hond dan gebruik je een ander type harnas als bij een hond die graag naast je blijft lopen. Bij een sterk trekkende hond moet de trekkracht die vrijkomt gelijk verdeeld worden over het hele lichaam om blessures en overbelasting bij de hond te voorkomen. Daarvoor zijn speciale trekharnassen op de markt. Bij een hond die graag naast je loopt of nauwelijks trekt is een zogeheten H-type harnas ideaal.

Bij het passen van een specifiek trektuig is het belangrijk om deze volledig uit te rekken om precies te kunnen zien hoe de banden op bovengenoemde punten zitten. Prijzen van harnassen varieerden tussen de €25,00 en €90,00.
c
1

2. De heupgordel voor de mens – sommige heupgordels zien eruit als klimgordels, met riemen om de benen om te voorkomen dat de heupgordel gaat schuiven. De heupgordels voor canicross en canitrail zijn speciaal ontworpen om de trekkracht van je hond te verdelen over de heupen en billen om zo min mogelijk de onderrug te belasten.


1
Doordat je zo de handen vrij hebt kun je ook meer op een natuurlijke manier de hardloopbeweging maken. Het vasthouden van de lijn in de hand kan net als het vasthouden van een telefoon of waterflesje in de hand voor blessures zorgen. Als je hardloopt is het belangrijk om je gewicht gelijk te verdelen in een optimale balans tussen links en recht voor een soepele loop. Als je iets in de hand houdt veroorzaakt dat een asymmetrie in je loopstijl, waardoor bepaalde spieren gaan compenseren met een vergrote kans op verrekkingen en overbelastingen.

Ook in het type heupgordels zijn er verschillende stijlen beschikbaar waarbij de keuze wordt bepaald door persoonlijke voorkeur en behoefte. De prijzen beginnen bij ongeveer €35,00 tot en met €80,00.

 

3.De verende lijn – tot slot is er een verende bungee lijn die mens en hond met elkaar verbindt in diverse lengtes en zwaartes. Deze geheel of gedeeltelijk elastische lijn heeft als doel om de kracht van het trekken van je hond te absorberen om daardoor beiden te beschermen tegen mogelijke verwondingen veroorzaakt door een plotselinge toename of afname van de snelheid.

De meest gebruikelijke lengte is 1,5 meter; in uitgetrokken toestand 2 meter. Loopt je hond meer naast je dan is een lijn van 1,5 meter te lang. De kans om over zo’n loshangende lijn te vallen is dan veel groter of de neiging om de lijn dan maar in de hand te houden gaat dan weer ten koste van je loopstijl. Een kortere lijn van bijvoorbeeld 1 meter zal dan veel veiliger zijn. Ook zijn er lichtgewicht verende lijnen in de handel speciaal gemaakt voor de kleinere honden.

Verende lijnen, oftewel bungee-lijnen, beginnen vanaf ongeveer €20,00.

 

 

Leeftijd, tempo en duur van de runs

We weten allemaal wel een beetje over hoe we op een verantwoorde en veilige manier kunnen hardlopen, maar waar moeten we nu op letten als we onze honden meenemen?

1.Begin niet op een te jonge leeftijd
Jullie hebben alle basismaterialen in huis en willen zo ontzettend graag beginnen, maar vanaf welke leeftijd kun je je hond meenemen met het hardlopen?
c
Hardlopen is voor de hond een rechtlijnige beweging zonder al te vreemde abrupte bewegingen en is dan ook een van de minst blessuregevoelige hondensporten. Het gooien van ballen is voor de opgroeiende hond een groter risico op blessures. Als je te vroeg begint met samen hardlopen kan het nog niet uitgegroeide bottenstelsel zeker schade toegebracht worden. Als de groeischijven van je hond dicht en volgroeid zijn, kun je beginnen met hardlopen. Wanneer dat precies is is afhankelijk van de grootte van je hond, het ras, de genetische aanleg, de mentale bereidheid en dus ook nu weer heel persoonlijk.
c
Afhankelijk van de grootte van de hond kun je stellen dat de groeifase voorbij is volgens onderstaand schema:
a. Kleine rassen tot 10kg = 10-12 maanden
b. Middelgrote rassen tussen 11 – 25 kg = 12-15 maanden
c. Grote rassen vanaf circa 25kg = 15-24 maanden

Mocht je het zeker willen weten of de groeischijven klaar zijn voor het samen hardlopen, ga dan bij je dierenarts langs voor een röntgenfoto en/ of bij de osteopaat langs voor advies.
1

2.Houdt je hond in de gaten op tekenen van vermoeidheid.
Als je net met je hond hardloopt, moet je de afstanden en tijd langzaam opbouwen. Het kan geen kwaad om samen te beginnen met een reguliere start-tot-run opbouw van niets tot 5km. Als je dit eenmaal hebt bereikt en verder of sneller wilt gaan, zijn er bepaalde dingen waar je op moet letten om er zeker van te zijn dat je niet over de grenzen van je hond gaat.

De signalen waarbij je hond aangeeft dat hij te vermoeid raakt zijn :
* Rusteloosheid
* Overmatig hijgen
* Langzamer bewegen
* Coördinatie wordt minder
* Onderweg niet willen bewegen of achter je gaan lopen
* De neiging hebben om te willen gaan liggen
* Er komen wallen onder de ogen
* De staart en oren zakken in hoogte
* Kan bijterig worden ( in de lijn of enkels)
* Stijfheid bij het bewegen

Als je een van bovenstaande signalen ziet, doe dan meteen een stap achteruit of stop onmiddellijk met jullie training. Ga direct wandelen of las een pauze in. Verminder jullie afstanden en / of snelheid en werk terug totdat je hond zich weer op zijn gemak voelt om je bij te houden.
1

3.Houdt je hond in de gaten op tekenen van een zonnesteek.
Veel van de tekenen van vermoeidheid kunnen ook worden waargenomen als je met je hond bij ongeschikte te hoge temperaturen gaat hardlopen. De meest voorkomende is als je hond het te warm krijgt.
1
Honden kunnen niet zweten om hun warmte kwijt te raken zoals wij mensen. Daarvoor in de plaats gaan ze hijgen om hun lichaamstemperatuur op orde te houden. Als de temperatuur en luchtvochtigheid stijgt, kan je hond niet meer afkoelen door alleen maar te hijgen. Dit leidt tot een verhoogd risico op een zonnesteek bij honden.  Een zonnesteek is levensbedreigend voor een hond en hoewel we misschien genieten van een zonnige zomerdag, heeft je hond daar veel meer moeite mee.

Sommige honden lopen vanwege hun fysieke kenmerken meer risico op een zonnesteek. Te denken valt dan aan bijvoorbeeld de rassen met een platte snuit omdat ze minder effectief kunnen hijgen. Maar ook honden met ‘dikke dubbele jassen’ zoals de chow-chow en golden retriever hebben last van hun thermische jas waardoor ze hun hitte moeilijk kwijt kunnen. Ook de zware honden en de honden met overgewicht hebben een verhoogd risico op een zonnesteek.

Let naast de bovenstaande tekenen van vermoeidheid ook op de volgende signalen:
* Constant, luidruchtig en te snel hijgen
* Overmatige speekselvloed en dik plakkerig speeksel
* Verdrietige vochtige starende ogen
* Rood of heel lichtroze (in plaats van gezond roze) tandvlees
* Onvast op de benen
* Met de buik volledig op de grond willen liggen
* Diarree, braken of niet meer eten
1

Als je vermoedt dat je hond aan een zonnesteek lijdt, moet je meteen naar een dierenarts gaan. De snelste manieren om je hond af te laten koelen totdat je naar de dierenarts kunt gaan, zijn:
–  afkoelen met lauw water onder de oksels en onder de pootjes
–  bewegende koele lucht
–  in de schaduw leggen
c
LET OP: Bedek je hond nooit met natte handdoeken want deze werken juist als een thermische jas waardoor je hond de warmte juist nog meer vasthoudt. Laat je hond niet teveel drinken ineens of te koud water; in plaats daarvan kleine hoeveelheden lauw water aanbieden. Van te veel en te koud water drinken kan een hond maagproblemen en diaree krijgen.

Bij temperaturen boven de 15-18 graden heb je altijd extra drinkwater mee voor jezelf en je hond als er geen schone waterbronnen beschikbaar zijn langs jullie route. Ook pas je je route aan en vermijd je zand en asfalt dat door het directe zonlicht kan oplopen tot wel 80 graden. Ga niet midden op de dag als de zon op z’n heetst is lopen en pas de afstand aan.


1

4.Houdt rekening met de omgeving
Als je voornamelijk op onverharde paden, trails, loopt, zul je je ervan bewust zijn dat de impact op je gewrichten heel anders is als het hardlopen op asfalt.  Wij mensen kunnen ervoor kiezen om op asfalt hardloopschoenen aan te trekken met meer demping. Maar je hond kan niet overschakelen op schoenen met meer demping.
1
De poten van je hond bestaan uit voetzool kussens met eelt, nagel en haren. De poten van de hond dienen als schokdemper om gewrichten en de botten te beschermen tegen (zware) impact.
De mens wikkelt zijn voet af tijdens het lopen en gebruikt zo de gehele voet, van hak tot en met teen. De hond gebruikt voornamelijk de voorvoet, je zou kunnen zeggen dat de hond eigenlijk op zijn tenen staat.
De poten van de hond maken het mogelijk om op verschillende soorten ondergrond in verschillende omstandigheden goed te kunnen lopen, bijvoorbeeld een ruwe ondergrond. De voetzooltjes beschermen de diepere onderliggende weefsels tegen beschadigingen.

Als je korte stukken over wegen of trottoirs moet rennen, kan dit prima zijn voor je hond, hoewel ze het misschien saaier vinden dan de onverharde bospaden, single tracks.

Houd er echter rekening mee dat de kussentjes van honden last kunnen hebben van te veel rennen op harde oppervlakken, vooral als ze ook hard trekken. Honden ontwikkelen ook artritis, net als wij, en dus, hoewel het prima is met mate, moet het hardlopen op wegen en trottoirs worden beperkt, vooral voor zwaardere rassen, om gewrichtsproblemen op latere leeftijd te helpen voorkomen.

 

Tot Slot

Hardlopen met je hond, Canicrossen en Canitrailen, is ontzettend leuk, gezellig en vooral heel erg verslavend. Het is geschikt voor alle honden, waarbij jullie ambitie is afgestemd op de mogelijkheden en het enthousiasme van je hond. Door het juiste basismateriaal en door goed naar de signalen van je hond te luisteren kunnen jullie samen een leven lang van heel veel kilometers genieten in goede gezondheid.

 

NB. Dit artikel is een vrije vertaling met persoonlijke aanvullingen op het artikel van K9 over het hardlopen met je hond in het Trailrunning Magazine.

Foto’s van materialen zijn met toestemming van Run with Pride – dog sport equipment van de website gekopieerd en in dit artikel gedeeld.

Natte Neuzen Trail Kleding

De eerste bestellingen van de vrolijke sportkleding waarin we de sfeer van de Natte Neuzen Trail wilden terug laten komen zijn met groot enthousiasme ontvangen. De sprankelende kleuren zijn oogverblindend. Het materiaal zit fantastisch en de pasvorm als gegoten 🙂

 
Natuurlijk zijn alle kledingstukken te personaliseren met de naam van je hond, je team of iets anders wat je graag op je kleding zou willen hebben staan.Vul het bestelformulier onder aan deze pagina in voor de maten en tekst en ik stuur je vervolgens een betaallinkje.

De Natte Neuzen Trail lijn bestaat uit een aantal kledingstukken waarbij de dameslijn iets meer getailleerd is en de herenlijn niet;

– T-shirt met korte mouw

Het T-shirt heeft een uitstekende warmte- en vochtregulatie. Door de antibacteriele behandeling worden bacteriegroei en geurvorming verminderd. De extreem goed ademende mesh Kite zijbanen zorgen voor een zeer goede warmte afvoer.
Prijs exclusief verzendkosten €39,95

– T-shirt met lange mouw

T- shirt met lange mouwen met boordje en ritsje gemaakt van zacht en licht gewicht Crono en Air zijbanen. Heeft een uistekende warmte- en vochtregulatie. Door de antibacteriele behandeling worden bacteriegroei en geurvorming verminderd. De goed ademende Air zijbanen zorgen voor een goede warmte afvoer. Op de rechter onderrug zit een zakje met rits, het zakje is aan de binnenkant voorzien van een opening voor een hoofdtelefoon-kabel. Prijs exclusief verzendkosten €49,95

– Softshell hoody jacket

Hooded jack gemaakt van winddichte en waterafstotende softshell, voozien van 2 steekzakken met rits (YKK Camlock). De binnenzijde is licht gebrushed, houdt de lichaamswarmte vast en transporteert transpiratievocht af naar de buitenlaag. Het lichaam blijft hierdoor droog en warm. Ideaal voor na het sporten met je hond. Prijs exclusief verzendkosten €95,00

– Multifunctionele Buff

Gemaakt van Interlock, een zeer elastische en goed ademende stof. Prijs exclusief verzendkosten €10,00

– Bandana (voor de hond)

Gemaakt van Interlock, een zeer elastische en goed ademende stof.
Prijs exclusief verzendkosten €10,00
Prijs met naam van de hond of het team exclusief verzendkosten €12,50

Beschikbare maten XS | S | M | L | XL | 2XL | 3XL

Meet je maten door een goed zittend eigen shirt plat neer te leggen en dan de maten op te nemen conform het onderstaande plaatje. Bij twijfel of zit je tussen 2 maten in, pak dan een maat groter. De maat van het shirt is ook de maat voor de overige items.
Vind je het fijn om je kleding strak te dragen, dan is het advies om de hooded jacket een maatje groter te bestellen want daar zit minder rek in.

HEREN

DAMES

Bestellen kan dmv het invullen en opsturen van onderstaand  bestelformulier naar canitrailnl@gmail.com

 

Wanneer kan ik met mijn pup beginnen met Canitrailen?

Een vraag die veel wordt gesteld in onze Facebook-groep is hoe oud je puppy moet zijn voordat je kunt beginnen met Canitrailen.

Het antwoord is; als de groeischijven eenmaal volgroeid zijn (minimaal 12 maanden oud).
Maar het genuanceerde antwoord is dat sluiting van de groeischijven afhankelijk is van het ras, de grootte van de hond, genetische aanleg en ook nog eens per hond verschillend is. Het is dus maatwerk…en ja dat maakt het voor jou als hondeneigenaar niet makkelijker op.

ONDERZOEK SLUITING GROEIPLATEN
In het onderzoek van Dirsko JF von Pfeil, Dr.med.vet, in Alaska Anchorage, Alaska, en Chalrles DeCamp, Dr. med. vet,  op de DAVCVSMichigan State University uit juli 2009 kun je alles lezen over de groeiplaten:

 

“ Sluiting groeiplaat en bijdrage aan algemene groei

Bij honden vindt de meeste groei plaats tussen de leeftijd van 3 en 6 maanden. De meeste honden bereiken 90% van hun volwassen grootte aan het einde van 9 maanden. De meeste groeischijven sluiten tussen de leeftijd van 4 en 12 maanden, afhankelijk van de anatomische eigenschappen en het ras van de hond. Het is echter onze klinische indruk dat de groeischijven van sommige honden van grote rassen pas na een leeftijd van 15 tot 18 maanden sluiten. Tabel 2 toont het tijdsbestek van het sluiten van de groeiplaat aan de voor- en achterpoten van de gemiddelde hond van 25 tot 30 kg. Groeiplaten die een groot percentage bijdragen aan de totale axiale groei van de lange botten blijven langer open in vergelijking met kleinere botten (bijv. , carpus, tarsus). Het is algemeen aanvaard dat epifysaire sluiting eerder optreedt bij kleinere dieren.

Wanneer de functie van de groeischijven ernstig wordt aangetast, kan anatomische misvorming optreden. Directe trauma, voeding en hormonale en genetische ethologiën zijn klinisch belangrijk voor groeistoornissen.”

http://vetfolio-vetstreet.s3.amazonaws.com/mmah/48/37155337d24e34963af2fc8e4cdce3/filePV0709_Von-Pfeil_P1.pdf?fbclid=IwAR1HkYo55bGk4QAp6gUm5z4Gj1Z6gA-E_uwm0j5gSiwEAcuhDnUmnN2dF1k

ONDERZOEK “WHAT’S THE LOGIC BEHIND NOT EXERCISING PUPPIES UNTIL GROWPLATES ARE CLOSED
Op 29 december 2019 publiceerde Dr. Darryl Millis het artikel “What is the logic behind not exercising puppies until the growth plates are closed” een artikel dat enorm goed ontvangen werd en direct wijdverspreid werd. Dit artikel is vertaalt door Carmen van de Kamp van Sporthond in Conditie en kun je vinden op haar website:

https://www.sporthondinconditie.com/blog/46-pups-beweging-in-de-periode-dat-de-groeischijven-nog-niet-gesloten-zijn

“ Al jaren is het zo dat fokkers, trainers en hondeneigenaren zeggen dat pups eigenlijk bijna niks mogen qua training en belasting tot de groeischijven gesloten zijn. Als orthopedisch specialist ben ik ook wel gevraagd om van 12 maanden oude honden röntgenfoto’s te maken om zekerheid te hebben dat de groeischijven al gesloten zijn.

Wat denkt de wetenschap over dit advies? Om te starten, wat is een groeischijf? De groeischijf, ook wel epifysairschijf genoemd, is de plaats waar de pijpbeenderen, de lange beenderen, van zoogdieren langer worden, deze zorgen dan ook voor het op lengte komen van het bot. In basis is dit hoe de hond groeit. Groei zorgt voor het op lengte komen van het bot en door het op lengte komen van het bot groeien de ledematen.

Het sluiten van de groeischijven is redelijk voorspelbaar qua leeftijd op basis van het formaat van de hond. Kleine rassen, toy, mini, hebben over het algemeen de groeischijven al gesloten met 6 tot 8 maanden oud, terwijl bij de grotere rassen ze open kunnen blijven tot 14 of 16 maanden. Onthoud wel, dat de meeste hoogtegroei al compleet is, voordat de groeischijven volledig gesloten zijn. 

Natuurlijk gebeuren er ongelukken waarbij een groeischijf breekt, maar vaak zijn dit soort breuken gerelateerd aan trauma zoals een aanrijding met een auto, een sprong vanaf grote hoogte of omvergelopen worden door een andere hond. En ja het klopt dat dit soort trauma vaak resulteert in het te vroeg sluiten van de groeischijven waardoor de poot korter blijft en soms verandert het ook de hoekingen van die poot, dat is vooral als het een deel van het lichaam betreft waar 2 botten verantwoordelijk zijn voor de lengtegroei zoals in de voorpoot de radius en de ulna. Bij een breuk in een groeischijf in een van de voorpoten is het vaak in de ulna waardoor daar de groei stopt en de radius blijft dan doorgroeien. Alleen kan ik echt naar eer en geweten me niet een situatie voor de geest halen waarbij groeischijven vroegtijdig gesloten zijn door enkel beweging of normale krachttraining.
 

In Noorwegen is er een studie gedaan naar aan beweging gerelateerde risico factoren met betrekking tot de ontwikkeling van op röntgenfoto’s zichtbare heupdysplasie onder de rassen Newfoundlander, Labrador Retrievers, Leonbergers en Ierse Wolfshonden (Krontveit, et al. Am J Vet Res 2012;73:838-846 )

Het onderzoek wees uit dat er waarschijnlijk een toename in de aanwezigheid van heupdysplasie was bij pups die tussen de geboorte en de leeftijd van 3 maanden trappenliepen. 

Een andere studie evalueerde de voeding, beweging en het gewicht als risicofactoren voor heupdysplasie en elleboogdysplasie bij Labrador Retrievers  (Sallander et al, J Nutr 2006, 136:2050S-2052S ). Vrij voer (ad libitum) ter beschikking was zeer duidelijk geassocieerd met de gewrichtsafwijkingen, ook al was het maar een kleine testgroep waar gebruik van is gemaakt tijdens dit onderzoek.

 

Het belangrijkste hierin is dat de pups vrij zijn van heup- en elleboogdysplasie en ook vrij van de genetische aanleg voor afwijkingen als OCD. 

Rennen achter ballen en stokken gegooid door de eigenaar is ook vastgesteld als een van de hogere risico factoren. Slater et al (Am J Vet Res.1992, 53:2119-24  ) stelde ook vast dat abrupte bewegingen, zoals ontstaan bij zaken als achter een bal of een stok die door de eigenaar gegooid wordt aanrennen, een grotere kans geeft op het ontwikkelen van OCD. Een afwijking die vooral voorkomt bij grote tot extreem grote rassen en die resulteert in verdikt kraakbeen in de gewrichten zoals het schoudergewricht, in een zwakker deel van het kraakbeen kan dit dan afbreken wat problemen en pijn geeft in het gewricht. Er wordt ook gesproken over trauma, zoals springen (landen), waardoor het bot onder het kraakbeen aangetast kan worden wat uiteindelijk ook in een verdikt kraakbeen kan eindigen waardoor dezelfde problemen, het afbreken van een stuk van het zwakkere kraakbeen, kan ontstaan. Maar, het ras, de genetische eigenschappen en het voer lijken een grotere bijdrage te leveren aan het ontstaan van OCD dan belasting van de gewrichten. 

Bovenstaande geeft daarmee aan dat abrupte bewegingen en bewegingen met een grotere krachtsexplosie misschien risicofactoren zijn voor sommige gewrichtsaandoeningen. Neem met betrekking tot bovenstaande onderzoeken wel mee dat er bij geen van de studies volledig rekening is gehouden met de genetische component op het gebied van gewrichtsaandoeningen van de honden. Daarnaast is er al redelijk goed onderbouwd bewijs dat als een pup overgewicht heeft de kans op een gewrichtsafwijking daardoor ook al groter wordt. 


Maar wat met betrekking tot gewone beweging, normale beweging?

Normale beweging zet druk op het kraakbeen in een gewricht, het gewricht wordt daardoor geconditioneerd om de druk, stress, die opgebouwd wordt te kunnen verwerken. Lichte tot gemiddelde inspanning zoals rennen van de honden kan daardoor aanpassing van het gewricht stimuleren. 

De meeste studies die een gemiddelde inspanning met normale bewegingsbelasting (lopend en rennend) tonen geen schade aan het gewrichtskraakbeen. Hierbij wordt er wel vanuit gegaan dat er geen abnormale biomechanische krachten op de gewrichten werken zoals heupdysplasie, elleboogdysplasie of gescheurde kruisbanden, want beweging veroorzaakt wel een versnelde ontwikkeling van artrose in afwijkende gewrichten. “

 

TOT SLOT
Op basis van beide zeer interessante onderzoeken en alle reeds bekende theorieën kun je stellen dat:
a.  Het rechtlijnig bewegen van je pup bevorderlijk is voor het ontwikkelen van gezond sterk kraakbeen en een verfijnd zenuwstelsel.
b.  Niet bewegen is voor de ontwikkeling van het kraakbeen van je pup funest.
c. De kwaliteit van het kraakbeen wordt juist slechter zodra je pup teveel kracht moet zetten en te lange afstanden aflegt.
d. Laat je pup geen abrupte bewegingen en explosieve activiteiten doen tijdens de maanden dat de botstructuur zich ontwikkeld (zie bovenstaand schema). 
Denk hierbij aan het gooien van een bal en stokken waarbij je pup allerlei doldwaze sprongen maakt om de bal of tak te kunnen vangen, of vol op de rem moet omdat hij te snel komt aanlopen om de stok op te kunnen pakken. Onderschat ook niet het ongecontroleerd stoeien en over elkaar heen buitelen in hondenlosloopgebieden. Mijn hond raakte eerder geblesseerd door die stoeipartijen als door het samen op een rustige draf hardlopen in de natuur.

Het is aan jou als baas de taak om je pup goed te begeleiden, voldoende beweging aan te bieden (niet teveel maar ook niet te weinig) en vooral om je gezonde verstand te gebruiken. Vind je het lastig om in te schatten wat je op welke leeftijd kan, wees dan gewoon voorzichtig en houd je aan het onderstaande schema die is gebaseerd op het gemiddelde zoals ik die heb geformuleerd in een eerder verschenen blog: https://canitrail.nl/2018/08/25/belastbaarheid-hond/

Gemiddeld kun je stellen dat de groeifase voorbij is volgens onderstaand schema:

☞ Bij kleine rassen (tot 10 kg)
10 – 12 maanden

☞ Bij middelgrote rassen (11 – 25 kg) – <50 cm
 12 – 15 maanden.

☞ Bij grote rassen ( vanaf 25kg ) > 50 cm
15 – 24 maanden

 

KLAAR OM TE BEGINNEN?
Zijn jullie zover om te beginnen dan is het natuurlijk fijn om goed op weg geholpen te worden met een aantal nuttige tips. Canitrail Trailrunners is een community in het Verenigd Koninkrijk waar je allerlei basisinformatie kunt vinden over het canicrossen. Veel van de basistechnieken van de canitrailsport liggen in dezelfde lijn als die van canicross met dien verstande dat de hond vanwege het endurance karakter van het canitrailen niet verplicht is om fanatiek te trekken.

Absoluut een aanrader is hun webinar over de basis van het canicrossen, uitleg over de materialen en waar je op moet letten bij het aanschaffen ervan, de looptechniek die significant anders is als bij het hardlopen zonder je hond en een voorbeeld van een efficiënte warming up.

Ben je zover om te beginnen met Canitrailen en ben je zelf ook nog niet een getrainde hardloper, dan is het 12 weken beginnersschema op de website van Canicross Trailrunners een mooie manier om te beginnen

https://965bdc9f-7c07-4d00-a4fa-77db4e4e2a4c.filesusr.com/ugd/757497_153a316ed259427db7fa043236ce9245.pdf

Veel plezier op de Canitrails:)